Figuur 2
1. Locatie van het modelnummer en het serienummer –Maaidek.
U kunt het modelnummer en het serienummer noteren in
de ruimte hieronder:
Tractie–eenheid
Modelnr.:
Serienr.:
Maaidek
Modelnr.:
Serienr.:
In deze handleiding is een systeem gebruikt om mogelijke
gevaren aan te duiden en u te attenderen op bijzondere
aanwijzingen om lichamelijk (mogelijk dodelijk) letsel
van u en anderen te voorkomen. De termen Gevaar,
Waarschuwing en Voorzichtig duiden de mate van het
risico aan. Ga als regel altijd voorzichtig te werk.
Gevaar duidt op een zeer gevaarlijke situatie die ernstig
lichamelijk letsel of de dood tot gevolg zal hebben
wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden
genomen.
Waarschuwing duidt op een gevaarlijke situatie die
ernstig lichamelijk letsel of de dood tot gevolg kan hebben
wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden
genomen.
Voorzichtig duidt op een gevaarlijke situatie die licht
letsel tot gevolg kan hebben wanneer de
veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen.
Er worden in deze handleiding nog twee woorden gebruikt
om u op belangrijke informatie te wijzen.
attendeert u op bijzondere technische informatie en
Opmerking: duidt algemene informatie aan die uw
bijzondere aandacht verdient.
Veiligheid
Deze machine voldoet minstens aan CEN–norm EN
836:1997, ISO–norm 5395:1990 en de B71.4-1999
specificaties van het American National Standards
Institute (ANSI), van kracht op het moment van
productie, als de Dodemansknop, Onderdeelnr.
105–5333 is gemonteerd.
Onjuist gebruik of onderhoud door de gebruiker of
eigenaar kan letsel veroorzaken. Om het risico van
letsel te verminderen, dient u zich aan de volgende
veiligheidsinstructies te houden en altijd op het
veiligheidssymbool
te letten, dat betekent
VOORZICHTIG, WAARSCHUWING of GEVAAR —
"instructie voor persoonlijke veiligheid". Niet–naleving
van de instructie kan leiden tot lichamelijk (mogelijk
dodelijk) letsel.
Veilige bediening
De volgende instructies zijn ontleend aan CEN–norm EN
836:1997, ISO–norm 5395:1990 en ANSI–norm
B71.4-1999.
Instructie
Lees of raadpleeg de gebruikershandleiding en ander
instructiemateriaal zorgvuldig. Zorg ervoor dat u
vertrouwd raakt met de bedieningsorganen en de
veiligheidssymbolen en weet hoe u de machine moet
gebruiken.
Laat nooit kinderen of personen die de instructies niet
kennen, de maaimachine gebruiken of
onderhoudswerkzaamheden daaraan verrichten.
Plaatselijke voorschriften kunnen nadere eisen stellen
aan de leeftijd van degene die met de machine werkt.
Houd iedereen weg uit het gebied waarin u de machine
gebruikt, met name kinderen en huisdieren.
Denk erom dat de bestuurder verantwoordelijk is voor
ongevallen of schade aan andere personen of hun
eigendommen.
De eigenaar/gebruiker is verantwoordelijk voor
ongelukken, letsel van hemzelf/haarzelf of van
anderen, en schade aan eigendom, die hij/zij kan
voorkomen.
3
Belangrijk