3. Draai de sluitklem van het wiel weg van het midden
van het wiel zodat het wiel verder op de as kan
schuiven (Fig. 7).
4. Draai het wiel naar voren en achteren totdat het wiel
helemaal op de as schuift en de sluitklem vastzit in de
gleuf op de as.
Figuur 7
1. Sluitklem
5. Herhaal deze procedure aan de andere kant van de
machine.
6. Pomp de banden op tot 83–103 kPa.
Voor het gebruik
Motorolie bijvullen
Voordat u de machine start, moet u het carter vullen met
ongeveer 590 ml olie die de juiste viscositeit heeft. De
motor gebruikt elk type hoogwaardige olie waaraan het
American Petroleum Institute—API—
"onderhoudsclassificatie" SF, SG, SH of SJ heeft
verleend. De viscositeit van de olie – gewicht – moet
worden geselecteerd in overeenstemming met de
verwachte omgevingstemperatuur. De aanbevolen
viscositeiten op grond van de temperatuur zijn:
–20 C –10 C
C
SAE 10W30/ SAE 10W–40
SAE 5W20
–4 F
14 F
F
C
C
C
C
SAE 40
SAE 30
F
F
F
F
Opmerking: Gebruik van multigrade–olie (5W-20, 10W-30
en 10W-40) zal leiden tot een hoger olieverbruik. Controleer
vaker het oliepeil als u multigrade–olie gebruikt.
1. Plaats de machine zodanig dat de motor in een
horizontale positie is, en reinig de omgeving van de
oliepeilstok (Fig. 8).
1. Oliepeilstok
2. Verwijder de oliepeilstok door deze linksom te draaien.
3. Veeg de oliepeilstok schoon en steek deze in de
vulopening. Verwijder deze daarna en controleer het
oliepeil. Draai de peilstok niet in de opening. Als het
peil te laag is, vult u voldoende olie bij totdat het
oliepeil de onderkant van de vulopening bereikt.
Controleer nogmaals het oliepeil. Niet te vol vullen.
Opmerking: Controleer het oliepeil om de vijf bedrijfsuren
of telkens nadat u de machine heeft gebruikt. Ververs de olie
na de eerste 20 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren.
Dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in
stoffige of vuile omstandigheden.
Brandstoftank met benzine
vullen
Belangrijk
Gebruik nooit methanol, benzine die
methanol bevat, gasohol die meer dan 10 % ethanol bevat,
benzine–additieven, superbenzine of wasbenzine omdat
dit kan leiden tot schade aan het brandstofsysteem. Geen
olie bij de benzine mengen.
1. Dop van brandstoftank
12
Figuur 8
Figuur 9
2. Brandstofmeter