Op de geheugenkaart is onvoldoende ruimte
om de film(s) te kopiëren. Gebruik de
aanbevolen geheugenkaart (p. 30).
Gegevens worden hersteld.
De camcorder probeert gegevens automatisch
te herstellen als het schrijven van de gegevens
niet correct is uitgevoerd.
Kan gegevens niet herstellen.
Het schrijven van gegevens naar het
medium in de camcorder is mislukt. Er werd
geprobeerd de gegevens te herstellen, maar dat
is mislukt.
Plaats de geheugenkaart opnieuw.
Plaats de geheugenkaart een aantal keer
opnieuw. Als de aanduiding daarna nog steeds
knippert, kan de geheugenkaart beschadigd
zijn. Probeer een andere geheugenkaart.
Kan deze geheugenkaart niet
herkennen. Formatteer en gebruik
opnieuw.
Formatteer de geheugenkaart (p. 87). Merk
op dat alle opgenomen films en foto's
worden verwijderd door de geheugenkaart te
formatteren.
Map voor stilstaande beelden vol. Kan
geen stilstaande beelden opnemen.
U kunt geen mappen met een nummer hoger
dan 999MSDCF maken. U kunt geen mappen
maken of verwijderen met de camcorder.
Formatteer de geheugenkaart (p. 87) na het
opslaan van afbeeldingen op uw pc enz.
Deze geheugenkaart kan mogelijk geen
films opnemen of afspelen.
Gebruik een aanbevolen geheugenkaart voor
uw camcorder (p. 30).
Deze geheugenkaart kan beelden
mogelijk niet goed opnemen of afspelen.
Gebruik een aanbevolen geheugenkaart voor
uw camcorder (p. 30).
Verwijder de geheugenkaart niet
tijdens het schrijven. Gegevens kunnen
beschadigd raken.
Plaats de geheugenkaart en volg de instructies
op het LCD-scherm.
Extern medium kan geen functies
uitvoeren.
Controleer het databasebestand
(MENU) [Setup]
door
Media-instellingen)] [Bld. db.
[
(
best. repar.] aan te raken.
Als deze melding nog steeds wordt
weergegeven, sluit u het externe medium
opnieuw aan en formatteert u het. Merk op
dat alle opgenomen films en foto's worden
verwijderd door het externe medium te
formatteren.
Als u het externe medium niet kunt
formatteren, is het mogelijk beschadigd of niet
compatibel met uw camcorder. Vervang het
door een nieuw medium.
Geen toegang tot extern medium.
Gebruik het externe medium onder
stabiele omstandigheden (het mag niet
worden blootgesteld aan trillingen, te hoge
temperaturen enz.).
Zorg ervoor dat de voedingsbron van het
externe medium aangesloten is.
De lens wordt niet herkend. Bevestig de
lens correct.
De lens is niet correct of niet bevestigd. Als
dit bericht weergegeven wordt wanneer
er een lens bevestigd is, dient u deze
opnieuw te bevestigen. Als dit bericht vaak
wordt weergegeven, controleert u of de
contactpunten van de lens en de camcorder
proper zijn.
Wanneer u een lens met E-montagestuk of een
bevestigingsadapter van een ander merk dan
Sony aansluit, stelt u [Opname zonder lens] in
op [Inschakelen].
NL
10