Gebied
Geschikte schoonmaak-
middelen
Accessoires
¡ Warm zeepsop
¡ Ovenreiniger
Waterreservoir
¡ Warm zeepsop
14.2 Apparaat schoonmaken
Reinig om beschadiging van het apparaat te voorko-
men het apparaat uitsluitend zoals aangegeven en met
geschikte reinigingsmiddelen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Tijdens het gebruik worden het apparaat en haar on-
derdelen die men kan aanraken heet.
Wees voorzichtig om het aanraken van verwar-
▶
mingselementen te voorkomen.
Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit de buurt wor-
▶
den gehouden.
15 Zelfreiniging
Met de reinigingsfunctie Zelfreiniging reinigt de bin-
nenruimte zichzelf vrijwel automatisch.
Reinig de binnenruimte om de 2 tot 3 maanden met de
reinigingsfunctie. U kunt de reinigingsfunctie desge-
wenst vaker gebruiken. De reinigingsfunctie heeft ca.
2,5 - 4,8 kilowattuur nodig.
15.1 Apparaat voor de reinigingsfunctie
voorbereiden
Om een goed reinigingsresultaat te verkrijgen, dient u
het apparaat zorgvuldig voor te bereiden.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
Brandbare voorwerpen die in de binnenruimte worden
bewaard kunnen vlam vatten.
Bewaar nooit brandbare voorwerpen in de binnen-
▶
ruimte.
Wanneer er rook wordt geproduceerd moet het ap-
▶
paraat worden uitgeschakeld of de stekker uit het
stopcontact worden gehaald en moet de deur ge-
sloten worden gehouden om eventueel optredende
vlammen te doven.
Losse voedselresten, vet en vleessap kunnen tijdens
de reiniging vlam vatten.
Verwijder altijd de grove verontreiniging uit de bin-
▶
nenruimte voordat de reiniging start.
Toebehoren nooit meereinigen.
▶
Aanwijzingen
Bij sterke verontreiniging inweken en een borstel of RVS-spiraal-
spons.
Geëmailleerde accessoires kunnen in de vaatwasser worden ge-
daan.
Met een zachte doek wassen en drogen.
De waterschaal is geschikt voor de vaatwasser.
Gebruik geen harde, metalen of scherpe voorwerpen of agressieve
reinigingsmiddelen.
→ "Bereiding met stoom", Pagina 12
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
Losse voedselresten, vet en vleessap kunnen in brand
vliegen.
Voor gebruik dient u de binnenruimte, de verwar-
▶
mingselementen en de accessoires vrij te maken
van grove verontreiniging.
Vereiste: De instructies voor het gebruik van de reini-
gingsmiddelen aanhouden.
→ "Reinigingsmiddelen", Pagina 17
Het apparaat met warm zeepsop en een schoon-
1.
maakdoekje reinigen.
Voor sommige oppervlakken kunt u alternatieve
‒
reinigingsmiddelen gebruiken.
→ "Geschikte schoonmaakmiddelen", Pagina 17
Drogen met een zachte doek.
2.
De buitenkant van het apparaat wordt zeer heet tijdens
het reinigen.
Nooit brandbare voorwerpen, zoals bijv. droogdoe-
▶
ken, aan de deurgreep hangen.
Voorkant van het apparaat vrijhouden.
▶
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.
▶
Bij beschadigde deurafdichting ontsnapt grote hitte in
het bereik van de deur.
De dichting niet schuren en niet afnemen.
▶
Nooit het apparaat met beschadigde afdichting of
▶
zonder afdichting gebruiken.
Haal de toebehoren en vormen uit de binnenruimte.
1.
2.
De rekjes losmaken en uit de binnenruimte nemen.
→ "Rekjes", Pagina 21
Verwijder grove verontreiniging uit de binnenruimte.
3.
De binnenkant van de apparaatdeur en de randop-
4.
pervlakken bij de deurafdichting met zeepsop en
een zachte doek reinigen.
De deurafdichting niet afnemen en niet schuren.
Verwijder sterke verontreinigingen op de binnenruit
met ovenreiniger.
Voorwerpen uit de binnenruimte halen. De binnen-
5.
ruimte moet leeg zijn.
Zelfreiniging nl
19