Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Diode Testen - Fluke 27 II Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor 27 II:
Inhoudsopgave

Advertenties

27 II/28 II
Gebruiksaanwijzing

Diode testen

WLet op
Om eventuele beschadiging aan de meter of
de te testen apparatuur te voorkomen, moet
u de stroom naar het circuit uitschakelen en
alle hoogspanningscondensators ontladen
voordat u de dioden test.
Gebruik de diodetest om dioden, transistors,
siliciumgelijkrichters (SCR's) en andere
halfgeleiderapparaten te controleren. Deze functie test
een halfgeleiderjunctie door een stroom door de junctie te
sturen en vervolgens de spanningsval van de junctie te
meten. Bij een goede siliciumjunctie daalt de spanning
tussen 0,5 V en 0,8 V.
24
Om een diode buiten het circuit te testen, moet u de
meter instellen zoals in afbeelding 7. Voor aflezingen
m.b.t. een willekeurige halfgeleidercomponent bij
doorlaatinstelling, verbindt u de rode meetkabel met de
positieve aansluiting van de component en verbindt u de
zwarte geleider met de negatieve aansluiting van de
component.
In een circuit moet een goede diode nog altijd een
doorlaatvoorspanning van 0,5 V tot 0,8 V geven. De
spervoorspanning kan echter variëren afhankelijk van de
weerstand van andere banen tussen de probepunten.
De meter laat een korte pieptoon horen als de diode goed
is (< 0,85 V). Als de aflezing ≤ 0,100 V is, is de pieptoon
continu. Dit wijst wellicht op een kortsluiting. Het display
geeft 'OL' (overbelasting) weer als de diode open is.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

28 ii

Inhoudsopgave