Inhoudsopgave
Advertenties
Digitale effecten | Hoofdcontrole
6 6.3 Grafische equalizer
6.2.4 Fader lokaliseren
6.2.5 Automatisch opslaan
6.3
Grafische equalizer
Als u faderposities inschakelt als onderdeel van het terugroepen van scènes, zal StudioLive de meters
automatisch in de Fader Locate-modus zetten nadat u op de Recall-knop drukt. De Fader Locate-
knop licht op en het metergedeelte van het Fat Channel geeft de opgeroepen faderpositie weer.
Beweeg de faders omhoog of omlaag totdat alleen de middelste LED in elke meter brandt om de
opgeslagen positie op te roepen. Om de opgeslagen positie van een Aux- of Main-fader op te roepen,
verplaatst u eenvoudigweg de fader. De meters draaien onmiddellijk om en geven de opgeslagen
positie van elk van de uitgangsfaders weer. Voor lokalisatie worden dezelfde meters gebruikt die de
uitgangen weergeven. Zie paragraaf 4.5 voor details.
Tip voor ervaren gebruikers: Terwijl de Fader Locate-modus actief is, kunnen de faders op uw StudioLive het niveau
niet regelen. Het niveau van de audio die erdoorheen gaat, wordt ingesteld op basis van de opgeslagen
faderpositie, niet op basis van de huidige locatie van de fysieke fader. Zodra u alle faders naar hun scènelocatie
hebt teruggeroepen, drukt u nogmaals op de Locate-knop. Hiermee verlaat u de Fader Locate-modus en activeert u uw
faders opnieuw, zodat ze het niveau van hun kanalen en bussen regelen.
Het is niet nodig om een scène voor uw StudioLive te maken om de instellingen te behouden wanneer u deze
uitschakelt. Af en toe zult u merken dat de Store-knop één keer knippert, wat aangeeft dat de huidige
instellingen op uw StudioLive in het interne geheugen zijn opgeslagen. De StudioLive maakt een
momentopname van de huidige positie van elke parameter op de mixer wanneer er gedurende tien seconden
geen wijzigingen zijn aangebracht. Als u er zeker van wilt zijn dat uw StudioLive de huidige instellingen behoudt
voordat u het apparaat uitschakelt, wacht dan gewoon een paar seconden tot de Store-knop knippert. Dit is uw
indicatie dat het nu veilig is om uw StudioLive uit te schakelen. De volgende keer dat u hem inschakelt,
worden al uw instellingen automatisch opgeroepen.
Opmerking: Als u wijzigingen aanbrengt in een opgeslagen scène, slaat AutoStore deze wijzigingen niet op als
permanent onderdeel van de scène. Alle wijzigingen die aan een scène in de bibliotheek van StudioLive worden
aangebracht, moeten worden opgeslagen via het menu Scène, zoals beschreven in het eerste deel van deze sectie.
De StudioLive 16.0.2 USB beschikt over een 31-bands, 1/3-octaaf grafische EQ die op de hoofduitgangsbus
kan worden geplaatst. Een grafische EQ is een multiband-equalizer die schuifregelaars gebruikt om de
amplitude voor elke frequentieband aan te passen. Het dankt zijn naam aan de posities van de
schuifregelaars, die de resulterende frequentieresponscurve grafisch weergeven. Terwijl het GEQ-menu
actief is, worden de encoders in het Fat Channel gebruikt om amplitude-aanpassingen te maken, en geven
de meter-LED's de "slider"-posities weer. De middenfrequentie en bandbreedte zijn vast; het niveau
(amplitude) voor elke band is de enige instelbare parameter.
StudioLive® 16.0.2 USB-
gebruikershandleiding
47
Advertenties
Inhoudsopgave
