4
Het vetkanaal
4.3 Dynamische verwerking en EQ
4.3
Dynamische verwerking en EQ
Hi-Pass
O
4.3.1
Gids voor vetkanaalverwerking
Bus
Polariteit omkeren
X
Ingangskanalen
Hoofduitgang L/R
X
Extra bussen
X
EFX A en EFX B
ingeschakeld, worden de instellingen van kanaal 7 naar kanaal 8 gekopieerd. Omdat de instellingen niet-
destructief worden gekopieerd, is het mogelijk om A/B-dynamiekinstellingen te wijzigen met één druk
op twee knoppen.
Welk kanaal er ook wordt geselecteerd wanneer de Link-knop wordt ingeschakeld, het zal de
Link Master zijn. Wanneer een van de kanalen in de stereolink is geselecteerd, lichten de
selectieknoppen van beide kanalen op, maar wordt het ID-nummer van de Link Master weergegeven
in de LED-uitlezing van het geselecteerde kanaal in het Fat Channel.
De uitzondering hierop vormen de vier stereokanalen (kanalen 9/10-15/16). Voor deze kanalen
zorgt de stereolink ervoor dat de rechterkant (kanalen 10, 12, 14 en 16) hoorbaar is in uw mix.
De fader, de Select-knop, de MultiMode-knop en de Aux-send van elk van deze stereokanalen
bedienen beide kanalen tegelijkertijd. Alle Fat Channel-instellingen worden op beide kanalen
toegepast.
Tip voor ervaren gebruikers: Houd er rekening mee dat hoewel Stereo Link moet zijn ingeschakeld om
de rechterkant van elk stereokanaal via StudioLive te kunnen horen, de rechteringangen nog steeds naar de
USB-bus worden gestuurd en door uw DAW kunnen worden opgenomen met of zonder Stereolink
ingeschakeld. Voor meer informatie over het gebruik van uw StudioLive als audio-interface kunt u de
StudioLive 16.0.2 USB Software Library Reference Manual raadplegen.
De belangrijkste functie van het Fat Channel is het bieden van dynamische verwerking en filtering
voor elke invoer en uitvoer op de StudioLive. De roterende encoders werken samen met de meters
er direct boven om de dynamische verwerking en EQ aan te passen. De verwerkingssectie
van het Fat Channel bestaat uit vijf delen: hoogdoorlaatfilter, Noise Gate, Compressor, Limiter en
Semi-Parametric EQ. Ze kunnen allemaal afzonderlijk worden in- of uitgeschakeld en bestuurd.
Het signaal verloopt als volgt:
Lawaai Poort
De volgende tabel biedt een korte handleiding voor de verwerking die beschikbaar is
voor elke bus in StudioLive, en welke ingangen en bussen beschikbaar zijn voor opname. Voor
meer informatie over USB-verzendingen raadpleegt u de StudioLive 16.0.2 USB Software
Library Reference Manual.
Lawaai Poort
Hoogdoorlaatfilter
X
X
X
X
X
X
Compressor
EQ
Compressor
X
X
X
X
X
X
X
X
StudioLive® 16.0.2 USB-
gebruikershandleiding
EQ
Begrenzer
Begrenzer
USB-verzending
X
X
X
X
X
X
14