REGELINGSTYPEN EN FUNCTIES
Verschildruk variabel Δp-v (I, II, III)
Aanbeveling bij tweepijpsverwarmingssystemen met radiatoren voor het reduceren van stromingsgeluiden
aan thermostaatventielen.
H/m
Q/m
Verschildruk constant Δp-c (I, II, III)
Aanbeveling bij vloerverwarmingen of bij grote leidingen of alle toepassingen zonder veranderlijke buisnetwerkkarakteristiek
(bijv. oplaadpompen), alsmede enkelebuisverwarmingssystemen met verwarmingselementen.
H/m
Q/m
Constant toerental (I, II, III)
Aanbeveling voor installaties met onveranderlijke installatieweerstand die een constant debiet vragen.
H/m
Q/m
LET OP
Fabrieksinstelling:
Constant-toerental, karakteristiek III
POMPEN: TYPES EN GEBRUIK
De pomp reduceert de opvoerhoogte tot de helft bij een dalend debiet in het
leidingnet.
Besparing van elektrische energie door de aanpassing van de opvoerhoogte
aan de debietbehoefte en geringere stroomsnelheid.
Drie vooraf gedefinieerde karakteristieken (I II III) ter selectie.
/h
3
De regeling houdt de ingestelde opvoerhoogte constant, onafhankelijk van het
getransporteerde debiet.
Drie vooraf gedefinieerde karakteristieken (I II III) ter selectie.
/h
3
De pomp loopt op drie vooraf aangegeven niveaus voor constant toerental (I,
II, III).
/h
3
21