3
Selecteer [Change advanced sharing
settings] (Geavanceerde instellingen
voor delen wijzigen).
4
Selecteer in [Media streaming]
(Mediastreaming) de optie [Choose
media streaming options...] (Opties
voor mediastreaming selecteren...)
bij [All Networks] (Alle netwerken).
5
Als [Media streaming is not turned on]
(Mediastreaming is uitgeschakeld)
wordt weergegeven in het venster
[Media streaming options] (Opties
voor mediastreaming), selecteer dan
de optie [Turn on media streaming]
(Mediastreaming inschakelen).
6
Selecteer [Allow All] (Alles toestaan).
Het venster [Allow All Media Devices]
(Alle media-apparaten toestaan) wordt
geopend.
Selecteer [OK] als alle apparaten in
het lokaal netwerk zijn ingesteld op
[Allowed] (Toegestaan) en sluit het
venster.
7
Selecteer [Allow all computers and
media devices] (Alle computers
en media-apparaten toestaan).
8
Selecteer [Next] (Volgende) en [Finish]
(Sluiten) om het venster te sluiten.
9
Vernieuw de serverlijst.
Als de instellingen zijn uitgevoerd,
dient u de serverlijst van de ontvanger
te vernieuwen en deze server uit de
serverlijst te kiezen. Voor meer
informatie over het selecteren van een
server, zie "De serverlijst vernieuwen"
(pagina 64).
61