5.2.1
Sensoraansluitingen
①
5.2.2
Bedradingsruimte
De klemmenstroken kunnen worden verwijderd om de bedrading te vergemakkelijken.
Er kunnen aparte kabels en doorvoeren nodig zijn om te voldoen aan de standaard
bedradingspraktijken voor instrumenten of aan de elektrische voorschriften.
Aansluiting klemmenstrook
Zorg ervoor dat de klemmenstroken tijdens herinstallatie op de juiste plaats worden
aangesloten. Als u dit niet doet, kan het apparaat of de aangesloten externe apparatuur
worden beschadigd.
SITRANS LT500 met mA/HART-sensoringangen
Beknopte bedieningshandleiding, 05/2022, A5E52003504-AA
Naar sensor (meetpunt 1)
Merk op dat voor aansluiting SITRANS LR110 of SITRANS LR120:
positief = zwarte draad
negatief = witte draad
VOORZICHTIG
5.2 Aansluiten van SITRANS LT500
Aansluiten
29