Reiniging en onderhoud
Verbrandingsgevaar!
De wokbrander moet uitgeschakeld
zijn. Het apparaat moet afgekoeld
zijn.
Letselrisico!
De stoom van een stoomreiniger kan
terechtkomen op onderdelen die on-
der spanning staan en een kortslui-
ting veroorzaken.
Gebruik voor de reiniging nooit een
stoomreiniger.
Alle oppervlakken kunnen verkleuren
of veranderen wanneer u onge-
schikte reinigingsmiddelen gebruikt.
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig.
Verwijder resten van reinigingsmid-
delen onmiddellijk.
28
Laat het apparaat voor elke reiniging
afkoelen.
Reinig het apparaat en de accessoi-
res na elk gebruik.
Maak het apparaat na elke vochtige
reiniging weer droog om kalkresten te
voorkomen.
Ongeschikte reinigingsmidde-
len
Om beschadigingen aan de oppervlak-
ken te voorkomen, mogen de volgende
middelen niet worden gebruikt:
– soda-, ammoniak-, zuur- en chloride-
houdende reinigingsmiddelen,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– vlek- en roestverwijderaars,
– schurende reinigingsmiddelen, zoals
schuurpoeder, vloeibaar schuurmid-
del en reinigingssteen,
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen,
– reinigingsmiddelen voor afwasauto-
maten,
– grill- en ovensprays,
– glasreinigers,
– schurende harde borstels en spons-
jes (zoals pannensponsjes en ge-
bruikte sponsjes die nog resten
schuurmiddel bevatten),
– vlekkensponsjes.