Bedieningsvoorschrift B-Serie
Geïntegreerde
explosiebeveiliging:
8.4.4 Karakteristieken
Controleer het pomptype (typeplaat) en de karakteristieken van de pompunit, zoals: toerental, werkdruk,
opgenomen vermogen, werktemperatuur, draairichting, NPSH enz.
Extra aandachtspunt(en) bij ATEX pompen.
K1.
Zorg voor een juiste pomp keuze met betrekking tot vloeistofsoort met zijn
technische eigenschappen en hoeveelheid.
• Bij brandbare, vluchtige vloeistoffen: zorg bij waaier en slijtplaat voor juiste
• Zorg dat pomphuis e.d. bestand is tegen te verpompen medium.
8.4.5 Elektrische installatie
Controleer of de elektrische installatie uitgevoerd is in overeenstemming met de plaatselijk geldende
voorschriften. Controleer tevens of de benodigde voorzieningen getroffen zijn zodat gevaar voor de
gebruiker absoluut uitgesloten is.
8.4.6 Aandrijving
Controleer of de motoraansluiting in overeenstemming is met de netspanning (controleer klemmenkast).
Controleer de afstelling van de motorbeveiliging.
Extra aandachtspunt(en) bij ATEX pompen.
E-motor beveiligen op overbelasting.
B6.
• Bij overbelasting mag de motor niet te heet worden. Dit is het geval bij een EX-
B7.
Beveiligen op afgenomen vermogen.
Gevaren in
verband met de
programmatuur:
8.4.7 Draairichting
Controleer of de draairichting van de motor overeen komt met de draairichting van de pomp.
Controleer de draairichting van de pompunit. De draairichting van de motor kan zonodig omgekeerd
worden.
Extra aandachtspunt(en) bij ATEX pompen.
B1.
Zorg voor draairichting beveiliging (elektrisch/mechanisch).
G3
Zorg voor juiste draairichting
Gevaren in
verband met de
programmatuur:
Versie 2.4, Nl
In het geval van een inwendige explosie, welke zoveel
mogelijk is uitgesloten, is het de verantwoordelijkheid van de
gebruiker om te kiezen of er technische maatregelen (zoals
snelafsluiters) moeten komen om de explosie te stoppen en/of
te beperken.
materiaalkeuze.
motor, want de motor schakelt op tijd af.
Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever dat de
beveiligingsmaatregelen (zoals het beveiligen op
overbelasting) en de acties die daaruit volgen (zoals
stopzetten motor) goed in het veiligheidscircuit zijn
opgenomen.
Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever dat de
beveiligingsmaatregelen (zoals het beveiligen op
draairichting) en de acties die daaruit volgen (zoals stopzetten
pomp) goed in het veiligheidscircuit zijn opgenomen.
Pagina 51 van 81
21-10-2005