5.4 Wateraansluiting
Sluit de drinkwaterleidingen aan vóór de aansluiting op het lichtnet
Verbind de meegeleverde verbindingsslang 3/4" met het apparaat en met de
drinkwateraansluiting.
Vanuit praktisch oogpunt en voor de veiligheid, raden wij aan om een geschikt
ventiel te installeren (pos 5, afb. 7)
Opmerking: het ventiel is niet bij de levering inbegrepen
Als het apparaat moet worden geïnstalleerd op een plaats waar het drinkwater een
hoog zoutgehalte heeft, moet stroomopwaarts van het apparaat een
wateronthardingssysteem worden geïnstalleerd, zodat verstoringen tot een minimum
kunnen worden beperkt.
5.5 Waterafvoer
Bevestig de bijgevoegde waterafvoerslang aan het apparaat.
Voor een goede afvoer moeten de afvoerleidingen minstens 3% hellen, waarbij u
op moet letten dat er geen knikken of knopen optreden.
De afvoerleidingen moeten worden aangesloten op een open sifon (afb. 7).
5.6 Aansluiting op het lichtnet
GEVAAR! Gevaar voor elektrische schokken!
Wanneer het apparaat niet juist is geïnstalleerd kan het
lichamelijk letsel veroorzaken!
Vergelijk de gegevens van het lokale elektriciteitsnet met de
technische gegevens van het apparaat (zie het typeplaatje,
afb. 10) voordat u het installeert. Sluit het apparaat alleen
aan wanneer deze volledig met elkaar overeenstemmen!
De maximaal toegestane tolerantie van de spanningsafwijking mag niet groter zijn
dan ± 10% van de nominale waarde.
Plaats het apparaat zo dat het stopcontact en de netstekker toegankelijk zijn, zodat
het apparaat zo nodig snel kan worden losgekoppeld van lichtnet.
- 147 -