2-1. Technische gegevens
Nominale
opbrengst
Voeding
3−fasen
350 A
bij 34 V/DC, 60%
inschakelduur
Monofase
300 A
bij 32 V/DC, 60%
inschakelduur*
*Zie sectie 2-4 voor de inschakelduur.
2-2. Kenmerken en voordelen
De Auto−Linet vermogensmanagementtechnologie is een schakelsysteem dat de stroombron automatisch
aanpast aan de primaire spanning die wordt gebruikt (zie hoofdstukken 3-4 en 3-5).
De LVCt lijnspanningcompensatie is een systeem dat het uitgangsvermogen van de stroombron constant houdt,
ongeacht schommelingen in de voeding.
De Windtunneltechnologie t blaast lucht over componenten die koeling nodig hebben, maar niet over
elektronische print onderdelen, waardoor er minder vervuiling optreedt en de betrouwbaarheid wordt verhoogd
in zware lasomgevingen.
Het Fan−On−Demandt koelsysteem werkt alleen als het nodig is en vermindert het geluidsniveau,
het energieverbruik en de hoeveelheid verontreiniging die door de machine wordt aangezogen.
De thermische overbelastingsbeveiliging schakelt automatisch het apparaat uit, maar alleen om schade
te voorkomen aan interne componenten als de inschakelduur wordt overschreden of de luchtstroom of de koeling
wordt beperkt (zie Hoofdstuk 2-4).
Met de Auto Remote Sense kan het apparaat automatisch detecteren of er een afstandsbediening is aangesloten.
De werking van de afstandsbediening hangt af van de instelling van de functieschakelaar (zie Hoofdstuk 4-2).
Het starten met Lift−Arct TIG lassen zorgt voor een verontreinigingsvrije las zonder gebruik te maken van HF
(zie Hoofdstuk 5-3).
Adaptive Hot Startt voor beklede elektrode verhoogt de uitgaande stroomsterkte bij de start van de las en voorkomt
het blijven plakken van de elektrode in de CC− en beklede elektrode stand (zie Hoofdstuk 7-2 en 7-3).
Met Synergisch pulserend MIG kan de lasboog met één knop worden geregeld. Naarmate de
draadaanvoersnelheid hoger of lager wordt, gaan ook de pulsparameters omhoog of omlaag, waarbij de uitgaande
spanning wordt aangepast aan de draadsnelheid (zie Hoofdstuk 4-3).
2-3. Boogregelingen
Met de DIG−regeling kunnen de boogkarakteristieken − zacht versus hard − worden veranderd voor specifieke toe-
passingen en elektrodes in de CC− en beklede elektrode stand (zie Hoofdstuk 7-2 en 7-3).
Inductantie beïnvloedt de hardheid van de boog, de breedte van de lasnaad en de vloeibaarheid van het lasbad
in de MIG− en de V−Sense Feeder−stand (zie Hoofdstukken 6-2 en 6-7).
SharpArct optimaliseert het formaat en de vorm van de boogkegel, de breedte en het uiterlijk van de lasnaad
en de vloeibaarheid van het lasbad in de Pulserend MIG−stand (zie Hoofdstuk 6-4).
HOOFDSTUK 2 − INLEIDING
Bereik
stroomsterkte
in de CC−functie
Spanningsbereik
(constante
in de CV−functie
stroom)
10−38 V
5−425 A
RMS Amp ingangsvermogen bij
de nominale opbrengst: 60 Hz 3−fasen
Max.
bij NEMA−lastspanningen en Klasse I
nullast-
208 V
230 V
spanning
75 V/DC
40,4
36,1
60,8
54,6
400 V
460 V
575 V
KVA
20,6
17,8
14,1
14,2
29,7
25,4
19,9
11,7
OM−231 242 Pagina 7
OM-231 242 Page 7
KW
13,6
11,2