1.
Zet de bedieningshendel in de neutrale stand.
2.
Druk de schakelvergrendelingsknop in en houd de alleen‑gasknop ingedrukt terwijl u de
bedieningshendel vooruitzet naar de voorste aanslag. Dit hoornsignaal geeft aan dat de functie
alleen‑gas is ingeschakeld.
3.
Zet de bedieningshendel naar voren om het motortoerental op te voeren. Het motortoerental is begrensd,
om schade aan de motor te voorkomen.
4.
Om de functie uit te schakelen, zet u de bedieningshendel terug naar neutraal.
OP CONSOLE GEMONTEERD - STARTPROCEDURE ENKELE MOTOR
Voordat u de motor start, moet u de Controlelijst vóór het starten, de Speciale bedieningsinstructies en Procedure
voor het inlopen van de motor in het gedeelte Bediening lezen.
Start of gebruik de buitenboordmotor nooit (zelfs niet kortstondig) zonder dat er water door alle
koelwaterinlaatopeningen in het onderwaterhuis circuleert, om schade aan de waterpomp (droog lopen) of
oververhitting van de motor te voorkomen.
1.
Zorg dat de koelwaterinlaat onder water is.
2.
Controleer het motoroliepeil.
3.
Open de ontluchting van de brandstoftank op tanks met handbediende ontluchting.
BEDIENING
OPGELET
!
43
3416
ob01310
ob00667