6.
Draai elke contactsleutel naar de START‑stand en laat hem los. Het elektronisch startsysteem zal de
motor automatisch tornen om deze te starten. Als de motor niet start, stopt hij met tornen. Draai de sleutel
weer naar "START" en probeer het nogmaals. Herhaal de procedure voor de andere motoren.
7.
Het lampje "ACTIVE" licht op om aan te geven dat het roer actief is en klaar is voor gebruik.
Warmlopen motoren
Alleen‑gas/stationselectieknop – Hiermee kan de bootbestuurder het motortoerental opvoeren voor warmlopen,
zonder de motoren in versnelling te schakelen.
BEDIENING
N
F
ACTIVE
52
R
3417
3485
NEUTRAL
SELECT
SYNC
THROTTLE
ONLY
STATION SELECT
14657