6.2 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als
richtlijn.
Kookstand
- 1
1 - 2
1 - 2
2 - 3
3 - 4
4 - 5
4 - 5
6 - 7
7 - 8
9
7. KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Gebruik om:
Bereide gerechten warmhou‐
den.
Hollandaisesaus, smelten:
boter, chocolade, gelatine.
Stollen: luchtige omeletten,
gebakken eieren.
Zachtjes aan de kook bren‐
gen van rijst en gerechten op
melkbasis, reeds bereide ge‐
rechten opwarmen.
Stomen van groenten, vis en
vlees.
Aardappelen stomen.
Bereiden van grotere hoe‐
veelheden voedsel, stoof‐
schotels en soepen.
Lichtjes braden: kalfsoester,
cordon bleu van kalfsvlees,
koteletten, rissoles, worstjes,
lever, roux, eieren, pannen‐
koeken, donuts.
Door-en-door gebraden, op‐
gebakken aardappelen, len‐
denbiefstukken, steaks.
Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees
(goulash, stoofvlees), frituren van friet.
Tijd
Tips
(min)
zoals
Een deksel op het kookgerei
nodig
doen.
5 - 25
Van tijd tot tijd mengen.
10 - 40
Met deksel bereiden.
25 - 50
Voeg minstens tweemaal
zoveel vloeistof toe als rijst,
melkgerechten tijdens het
bereiden tussendoor roeren.
20 - 45
Een paar eetlepels vocht
toevoegen.
20 - 60
Gebruik max. ¼ l water voor
750 g aardappelen.
60 -
Tot 3 l vloeistof plus ingre‐
150
diënten.
zoals
Halverwege de bereidings‐
nodig
tijd omdraaien.
5 - 15
Halverwege de bereidings‐
tijd omdraaien.
7.1 Algemene informatie
• Maak de kookplaat na ieder gebruik
schoon.
• Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
NEDERLANDS
11