KLIMAATREGELINGEN
STALTEMPERATUUR
De temperatuur waarop de ventilatiegroepen en verwarmingen regelen (relatieve temperatuurinstelling) wordt
de staltemperatuur genoemd. De gewenste staltemperatuur hangt van verschillende factoren af. Zo hebben
jonge dieren een veel hogere omgevingstemperatuur nodig dan oudere dieren.
Als de cursor op
van de staltemperatuur. U kunt eventueel de curve instellingen wijzigen of de curve uitzetten. Druk op de
annuleertoets om terug te keren naar het voorgaande scherm. Indien u de curve heeft uitgezet wordt de tekst
groeicurve vervangen door de standaard tekst en kunt u de betreffende curve instellingen niet meer via dit
scherm oproepen (curve staat uit).
RELATIEVE OF ABSOLUTE TEMPERATUURINSTELLING
Regeling
Hoofventilatiegroep
Hulpventilatiegroep
Mestband inblaas
Mestband heater blok
Ventilatiegroepen
Verwarming 1..6
Centrale verwarming 1 en 2
Koeling 1..4
Temperatuur 1 en 2
Relatief
: De temperatuurregeling werkt met een verschiltemperatuur ten opzichte van de ingestelde
staltemperatuur. De temperatuurregeling volgt de ingestelde staltemperatuur. Als u bijv. een
verschiltemperatuur instelt van 5,0ºC en de ingestelde staltemperatuur is 20,0ºC dan regelt de
temperatuurreling op 20,0ºC+5,0ºC = 25,0ºC. Wijzigt u de staltemperatuur bijv. in 18,0ºC dan
regelt de temperatuurreling op 18,0ºC+5,0ºC = 23,0ºC.
Absoluut
: De temperatuurregeling werkt met absolute temperatuurinstellingen, d.w.z. dat als u de
temperatuur op 5,0ºC instelt de uitgang ook regelt op 5,0ºC. De temperatuurregeling werkt
onafhankelijk van de ingestelde staltemperatuur.
STATUS STAL
Met behulp van de status van de stal kunt u de stal in of uit bedrijf nemen.
In bedrijf:
De pluimveecomputer regelt zoals ingesteld.
Uit bedrijf:
Alle regelingen, alarmeringen en temperatuurbewakingen
worden uitgeschakeld (alle kleppen worden dicht gestuurd,
alle klokken worden uitgeschakeld).
Gebruik de cursortoeten links / rechts (
wijzigen.
staat en u drukt op de bevestigingstoets dan verschijnt de curve
Relatieve instelling
Altijd relatief
t.o.v. staltemperatuur
Altijd relatief
t.o.v. staltemperatuur
Ligt de instelling tussen de -9,9°C en
de +9,9°C dan is de instelling relatief
t.o.v. staltemperatuur.
Altijd relatief
t.o.v. staltemperatuur
Altijd relatief
t.o.v. staltemperatuur
Ligt de instelling tussen de -9,9°C en
de +9,9°C dan is de instelling relatief
t.o.v. staltemperatuur.
n.v.t.
Ligt de instelling tussen de -9,9°C en
de +9,9°C dan is de instelling relatief
t.o.v. staltemperatuur.
U kunt aan uw installateur opgeven of temperatuurregeling 1 en/of
temperatuurregeling 2 relatieve of absolute temperatuurinstellingen zijn.
) om de status van de stal te
Absolute instelling
n.v.t.
n.v.t.
Wordt een waarde van 10,0°C of
hoger ingesteld dan is dit een
absolute temperatuur instelling.
n.v.t.
n.v.t.
Wordt een waarde van 10,0°C of
hoger ingesteld dan is dit een
absolute temperatuursinstelling.
Dit zijn
altijd absolute
instellingen.
Wordt een waarde van 10,0°C of
hoger ingesteld dan is dit een
absolute temperatuur instelling.
temperatuur
Pagina 13 van 89