3
Als u een document afdrukt, selecteert u Handmatig voor
Invoer in de softwaretoepassing, waarna u het juiste
papierformaat en het juiste type papier selecteert. Voor
meer informatie verwijzen we naar pagina 4.7.
4
Druk het document af.
Op het display verschijnt een bericht met de vraag om
papier te plaatsen.
5
Druk op de toets On Line/Continue (
De printer neemt het papier en drukt af. Nadat één pagina
is afgedrukt, verschijnt het bericht opnieuw.
6
Plaats het volgende vel in de multifunctionele lade en druk
op de toets On Line/Continue (
Herhaal deze stap voor elke pagina die moet worden
afgedrukt.
).
).
G
EBRUIK VAN AFDRUKMATERIAAL
3
3.13