1
2
SeaTalk
ng
-kabels aansluiten
1. Draai de borgring aan de achterkant van de unit naar de positie
ONTGRENDELD.
2. Zorg ervoor dat de eindconnector van de spurkabel in de juiste
richting staat.
3. Steek de kabelconnector volledig in.
4. Draai de borgring met de klok mee (2 keer klikken) totdat hij
vastklikt in de stand VERGRENDELD.
Transducerverbindingen
Met de iTC-5 kunnen 5 transducers worden aangesloten op uw
SeaTalk
ng
-netwerk.
Verbinding met snelheid- en zeetemperatuurtransducers
WIND
1
COMPASS
DEPTH
Artikel
Kabelkleur
1.
Rood
2.
Scherm
3.
Groen
4.
Wit
5.
Bruin
Kabels en aansluitingen
ROTA
2
5
V ANE
RUDDER
Signaalnaam
Snelheid V+
Snelheid 0V
(afscherming)
Snelheid (signaal)
Temperatuur (signaal)
Temperatuur 0V
Windverbindingen
COMPASS
DEPTH
Artikel
1.
2.
3.
4.
5.
Rotavecta-verbindingen
D12034-2
COMPASS
DEPTH
Artikel
1.
2.
Fluxgate-kompasverbindingen
COMPASS
DEPTH
Artikel
D12036-1
1.
2.
3.
4.
5.
ROTA
V
ANE
1
2
3
4
5
RUDDER
Kabelkleur
Signaalnaam
Rood
Wind V+
Scherm
Wind 0V (afscherming)
Groen
Sinus windrichting
Blauw
Cosinus windrichting
Geel
Anemometer (signaal)
ROTA
V
ANE
1
2
RUDDER
Kabelkleur
Signaalnaam
Rood
Rotor +
Blauw
Rotor –
ROTA
V ANE
1
2
3
4
5
RUDDER
Kabelkleur
Signaalnaam
Rood
V-ref.
Scherm
0V (afscherming)
Groen
Sensor B
Geel
Sensor A
Blauw
Aandrijving
D12037-1
D12038-1
D12039-1
17