Wanneer het noodstartkoord wordt gebruikt om de motor te starten, werkt de bescherming tegen
ingeschakeld starten niet. Vergeet niet om de buitenboordmotor in neutraal te schakelen om te voorkomen
dat de buitenboordmotor ingeschakeld start. Plotselinge, onverwachte acceleratie kan ernstig of dodelijk letsel
tot gevolg hebben.
2.
Schakel de buitenboordmotor in de stand neutraal (N).
3.
Draai de contactsleutel naar de stand "ON" (AAN).
Voorkom een elektrische schok: raak de ontstekingsonderdelen, bedrading en bougiekabel niet aan terwijl u
de motor start of terwijl deze loopt.
Het onbedekte, draaiende vliegwiel kan ernstig letsel veroorzaken. Houd uw handen, haar, kleding,
gereedschap en andere voorwerpen uit de buurt van de motor wanneer de motor wordt gestart of loopt.
Probeer de vliegwielkap of de motorkap niet weer aan te brengen terwijl de motor loopt.
4.
Druk bij een koude motor de brandstofpompknop 6 seconden in voor voorinspuiting van de motor.
BEDIENING
WAARSCHUWING
!
N
ob00364
WAARSCHUWING
!
WAARSCHUWING
!
38
ob01081
ob00351