Inhoudsopgave
Advertenties
+
Als het GSM-kanaal wordt gebruikt voor het com-
municeren van gebeurtenissen met het rapporta-
geformaat Contact-ID, pas het Speaker Volume en
Microfoon Volume aan op de GSM-module (zie de
GSM/GPRS-optiegroep) om enige problemen te
voorkomen zoals Mislukte Communicatie op het
Contact-ID.
ABSOLUTA
HET PROGRAMMEREN VANAF EEN PC
PGMs
Met de groepopties PGMs kunt u de programmeerbare
uitgangsopties instellen. De kolom aan de linkerkant
van de PGMs-pagina toont de uitgangen die worden
ondersteund door het geselecteerde regelpaneel.
Naam Deze optie is bedoeld om een significante naam
voor de uitgang in te voeren.
In Gebruik U kunt de uitgangen in-/uitschakelen.
Het kan nodig zijn om de uitgang uit te schakelen zon-
der al zijn instellingen te annuleren, om het weer in te
schakelen na een bepaalde periode.
Positie Associeer de fysieke uitgangen (aansluitklem-
men van het bedieningspaneel en van de uitgangsuit-
breidingen, draadloze sirenes en draadloze uitgangs-
uitbreidingen) met de logische uitgangen van het bedie-
ningspaneel (toewijzen van de uitgangen), zoals hier-
onder wordt beschreven.
1. Selecteer een vrije logische uitgang in de kolom Po-
sitie, door te klikken op een cel met de waarde Niet
In Gebruik: de console geeft een menu weer met
de waarde Centrale, de labels van de uitgangsuit-
breidingen in configuratie (zie optiegroep Configu-
ratie > Uitbreiding UIT) en Draadloos, als er
geregistreerde draadloze sirenes zijn (zie optie-
groep Draadloze Module > Draadloze Sirenes), of
geregistreerde draadloze uitgangs uitbreiders (zie
optiegroep Draadloze Module > Draadloze detecto-
ren).
2. Selecteer Centrale om de aansluitklemmen van het
bedieningspaneel toe te wijzen of selecteer een uit-
gangsuitbreiding om de aansluitklemmen van die
uitbreiding toe te wijzen: de console toont een
menu met de beschikbare aansluitklemmen (Sirene
komt overeen met aansluitklemmen NC, COM,
NO, +N en +A).
3. Selecteer de aansluitklem, of de groep aansluitklem-
men, die u wilt associëren met de logische zone.
4. Selecteer Draadloos om de draadloze sirenes en
de draadloze in-/uitgangsmodules toe te wijzen: de
console geeft een menu weer met de labels van de
geregistreerd draadloze sirenes (zie optiegroep
Draadloze Module > Draadloze Sirenes) en de gere-
gistreerd draadloze in-/uitgangsmodules (zie optie-
groep Draadloze Module > Draadloze detectoren).
5. Selecteer de draadloze sirene, of de draadloze
in-/uitgangsmodule, die u wilt associëren met de lo-
gische uitgang: de console geeft een menu weer
met de beschikbare geluiden (zie Alarm Maskers in
de optiegroep Draadloze Module > Draadloze Sire-
nes) of de beschikbare uitgangen.
6. Selecteer het geluid of de fysieke uitgang die u wilt
associëren met de logische uitgang.
57
Advertenties
Inhoudsopgave
