6. On der houd (Mo tor)
6.3
Motorolie
6.3.1
Controleren, bijvullen
Verbrandingsgevaar.
Bij werkzaamheden aan een hete mo tor bestaat
verbrandingsgevaar.
Beschermende handschoenen dragen.
Gevaar voor lichamelijk letsel.
Langdurig con tact met motorolie kan leiden tot irritatie
van de huid.
Beschermende handschoenen dragen.
Bij con tact met de huid de betreffende plek grondig
met wa ter en zeep wassen.
Milieugevaar door hulp- en bedrijfsstoffen.
Oude olie opvangen en langs milieuvriendelijke
weg verwijderen.
Geen olie in de bodem of in het riool laten
weglopen.
Defecte dichtingen onmiddellijk vervangen.
Risico op schade aan de mo tor.
Gebruik de mo tor niet als het oliepeil la ger dan de
'min.' markering of hoger dan de 'max.' markering
is; er kan an ders schade aan de mo tor optreden.
Bij het controleren van het oliepeil moet de mo tor
waterpas staan en enkele minuten uitgeschakeld
zijn.
•
Ma chine horizontaal neerzetten.
•
Mo tor afzetten.
•
Om ge ving van de peils tok (1) rei ni gen.
•
Oliepeilstok eruit draaien en schoonmaken.
•
Oliepeilstok met de hand erin draaien en er weer uit
schroeven.
•
Olieniveau aan de oliepeilstok aflezen en eventueel tot het
max i mum streepje opvullen.
34