Menu 5.3.15 - GBM-communicatiemodule
start diff. bijverwarming
Instelbereik: 10 – 2 000 GM
Fabrieksinstelling: 400 GM
Fabrieksinstelling: 700 GM
hysteresis
Instelbereik: 10 – 2 000 GM
Fabrieksinstelling: 100 GM
Stel hier de gasketel GBM 10-15 in. Selecteer bijvoor-
beeld wanneer de gasketel moet starten. Raadpleeg de
installatie-instructies voor het accessoire voor een be-
schrijving van de werking.
Menu 5.3.16 - vochtigheidssensor
voork. condensatie, syst.
Instelbereik: aan/uit
Fabrieksinstelling: uit
RH beperk. in ruimte, syst.
Instelbereik: aan/uit
Fabrieksinstelling: uit
Hier selecteert u of uw system(en) het niveau van de re-
latieve vochtigheid (RV) tijdens verwarmen of koelen
moet(en) beperken.
U kunt ook de min. aanvoer van koeling beperken om
condensatie op leidingen en onderdelen in het koelsys-
teem te voorkomen.
Raadpleeg de installatie-instructies voor HTS 40 een be-
schrijving van de werking.
Menu 5.3.20 - aanvoersensor
aanvoersensor 5.3.20
aanvoersensor
aanvoersensor
Insteloptie: EMK 500, EMK 300 / 310, EMK 150
Fabrieksinstelling: EMK 500
Hier selecteert u welke aanvoersensor wordt gebruikt
voor de energiemeting.
SMO 40
EMK 500
Menu 5.4 - in-/uitgangen software
Hier kunt u selecteren op welke in-/uitgang van de in-
gangskaart (AA3) en de klemmenstrook (X2) de externe
contactfunctie (pagina 27) moet worden aangesloten.
Selecteerbare ingangen op klemmenstroken AUX1-6
(AA3-X6:9-14 en X2:1-4) en uitgang AA3-X7.
Menu 5.5 - service fabriekinstelling
Alle instellingen kunnen hier worden gereset (inclusief
instellingen die beschikbaar zijn voor de gebruiker) naar
standaardwaarden.
Voorzichtig!
Bij het resetten wordt bij de volgende start van
de regelmodule de startgids weergegeven.
Menu 5.6 - geforceerde regeling
U kunt hier de verschillende componenten in de regel-
module en eventueel aangesloten accessoires regelen.
Menu 5.7 - startgids
Wanneer de regelmodule voor de eerste keer wordt
gestart, opent de startgids ook automatisch. Hier kunt
u deze handmatig starten.
Zie pagina 33 voor meer informatie over de startgids.
Menu 5.8 - snelstart
Van hieruit is het mogelijk om de compressor te starten.
LET OP!
Er moet een warmtevraag of een warmtapwa-
tervraag zijn om de compressor te starten.
LET OP!
U kunt de compressor beter niet te vaak snel-
starten gedurende een kort periode, want
hierdoor kunnen de compressor en zijn neven-
apparatuur beschadigen.
Hoofdstuk 8 |
Bediening
49