Communicatie met warmtepomp
Sluit de warmtepomp (EB101) met een afgeschermde
3-aderige kabel aan op de klemmenstroken X4:1 (A),
X4:2 (B) en X4:3 (GND) op de accessoirekaart (AA5), zoals
op de afbeelding.
Als er meerdere warmtepompen op SMO 40 moeten
worden aangesloten, moeten deze in cascade worden
aangesloten, zoals op de afbeelding.
Voorzichtig!
Er kunnen maximaal 8 warmtepompen worden
geregeld door de SMO 40.
LET OP!
Warmtepompen met een invertergestuurde
compressor kunnen uitsluitend worden gecom-
bineerd met andere invertergestuurde warm-
tepompen van hetzelfde model.
20
Hoofdstuk 5 |
Elektrische aansluitingen
SMO 40