Controle op kromme messen
1. Draai de messen totdat de uiteinden naar voren en naar
achteren wijzen (Fig. 28). Meet de afstand tussen een
horizontaal oppervlak en de snijrand, positie A, van de
messen (Fig. 28). Noteer deze afstand.
A
Figuur 28
2. Draai de tegenovergestelde uiteinden van de messen
naar voren.
3. Meet de afstand tussen een horizontaal oppervlak en de
snijrand van de messen op dezelfde plaats als bij
bovengenoemde stap 1. Het verschil tussen de afstanden die
zijn gemeten bij stappen 1 en 2, mag niet meer zijn dan
3 mm. Als dit verschil meer bedraagt dan 3 mm, is het mes
krom en moet het worden vervangen. Zie Maaimessen
verwijderen en Maaimessen monteren, blz. 25.
Waarschuwing
Een krom of beschadigd mes kan breken en u of
omstanders ernstig letsel toebrengen.
Vervang altijd een krom of beschadigd mes door
een nieuw mes.
Vijl of maak nooit scherpe inkepingen in de
snijranden of het oppervlak van het mes.
Maaimessen verwijderen
Een mes moet worden vervangen als u vast voorwerp heeft
geraakt, of als het mes uit balans of krom is. Om de beste
prestaties te verkrijgen en er zeker van te zijn dat de machine
altijd veilig kan worden gebruikt, moet u ter vervanging
uitsluitend originele Toro-messen gebruiken. Gebruik ter
vervanging nooit messen van andere fabrikanten omdat dit in
strijd kan zijn met de veiligheidsnormen.
Pak het uiteinde van het mes vast met een lap of een dikke
handschoen. Verwijder de mesbout, de klemring, de
mesversteviger en het mes van de spilas (Fig. 29).
m–6427
A
25
2
5
3
4
Figuur 29
1. Wiek van het mes
2. Mes
3. Klemring
Maaimessen slijpen
1. Gebruik een vijl om de snijranden aan beide uiteinden
van het mes te slijpen (Fig. 30). Houd daarbij de
oorspronkelijke hoek in stand. Het mes blijft in balans
als u van beide snijranden dezelfde hoeveelheid
materiaal verwijdert.
1
Figuur 30
1. Onder oorspronkelijke hoek slijpen
2. Controleer de balans van het mes met een mesbalans
(Fig. 31). Als het mes horizontaal blijft, is het in balans en
geschikt voor gebruik. Als het mes niet in balans is, moet u
wat metaal afvijlen van het uiteinde van de wiek (Fig. 29).
Herhaal dit indien nodig totdat het mes in balans is.
1
Figuur 31
1. Mes
Maaimessen monteren
1. Monteer het mes op de as (Fig. 29).
Belangrijk
Het gebogen deel van het mes moet naar de
binnenzijde van de maaikast wijzen om een goede
maaikwaliteit te garanderen.
2. Monteer de mesversteviger, de klemring (holle kant
naar het mes toe) en de mesbout (Fig. 29). Draai de
mesbout vast met een torsie van 47–88 Nm.
1
m–6430
4. Mesbout
5. Mesversteviger
m–1854
2
m–1855
2. Mesbalans