Afvoerafsluiter monteren en
verwijderen (voor beide
modellen)
Afvoerafsluiter monteren
1. Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
2. Til de grasgeleider op en schuif de lippen boven op de
afvoerafsluiter onder de bevestigingsstang van de gras-
geleider door. Draai de afvoerafsluiter naar beneden op
de opening en op de onderste lip van het maaidek
(Fig. 18).
3. Zet de afvoerafsluiter vast aan de onderste lip van het
maaidek met bouten en moeren (Fig. 18).
Opmerking: Draai de moeren niet te strak aan. Hierdoor
kan de afsluiter vervormen en in aanraking met de messen
komen.
6
5
3
Figuur 18
1. Grasgeleider
2. Lippen onder
bevestigingsstang
3. Afvoerafsluiter
Afvoerafsluiter verwijderen
Om een maaimachine met zijafvoer gemaaid gras fijn te
laten maken, gaat u als volgt te werk.
1. Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het contact.
2. Verwijder de moeren en bouten waarmee de
zijafvoerafsluiter aan de machine is bevestigd (Fig. 18).
3. Verwijder vervolgens de afvoerafsluiter en laat de
grasgeleider over de afvoeropening zakken.
1
2
6
5
4
m–6469
4. Onderste lip
5. Bout
6. Moer
18
Maaitips
Snel-stand gashendel
Voor een optimaal maairesultaat en een maximale lucht-
circulatie moet u de gashendel op Snel zetten. Om het gras
goed af te maaien is lucht nodig; zet de maaihoogte dus niet
te laag en zorg ervoor dat het maaidek niet helemaal door
ongemaaid gras is omgeven. Probeer altijd één zijkant van
de machine vrij van ongemaaid gras te houden, zodat lucht
kan worden aangezogen.
Wanneer u een gazon voor de eerste keer
maait
Laat het gras iets langer dan normaal, om te voorkomen dat
oneffenheden in het gras volledig worden weggemaaid. In
het algemeen is het best de voorheen gebruikte maaihoogte
te kiezen. Als u gras van meer dan 15 cm lang gaat maaien,
kunt u het best in twee keer maaien om een goed
maairesultaat te verkrijgen.
1/3 van de lengte van het gras afmaaien
Aanbevolen wordt niet meer dan ongeveer 1/3 van de
lengte van het gras af te maaien. Meer afmaaien wordt
afgeraden, tenzij het gras dun is, of in de late herfst,
wanneer het gras langzamer groeit.
Maairichting
Maai afwisselend in verschillende richtingen, zodat het gras
rechtop blijft staan. Dit zorgt ook voor een betere ver-
spreiding van het maaisel, wat de vertering en bemesting
ten goede komt.
Maai met de juiste regelmaat
Normaal gesproken moet u om de vier dagen maaien. Houd
er echter rekening mee dat gras niet het hele jaar door even
snel groeit. Om dezelfde maaihoogte te behouden, wat een
goede gewoonte is, moet u in het vroege voorjaar vaker
maaien. Als de groeisnelheid in de zomer afneemt, maait u
minder vaak. Als u langere tijd niet hebt kunnen maaien,
maait u eerst op een hoge maaihoogte. Maai twee dagen
later op een lagere maaihoogte.
Maaisnelheid
Om de maairesultaten te verbeteren, moet u maaien bij een
lagere rijsnelheid.