9 Ingebruikname
9.1
Kop meetomvormer of meetomvormer met separate sen-
sor
9.2
Vervangende sensor
30
De meetomvormers worden bij productie getest op foutloos
functioneren en worden gebruiksklaar afgeleverd.
Apparaat monteren, zie "Montage" blz. 18.
Apparaat aansluiten, zie "Installatie"blz. 25.
Voor apparaten met separate sensor (typetoevoeging basistype (2) /60 of /65)
zijn de meetomvormer en separate sensor fabrieksmatig op elkaar afgestemd!
Let er bij aanlsluiten van de componenten op, dat het fabrieksnummer van de
externe sensor (zie label kabel) overeenkomt met het fabrieksnummer van de
meetomvormer (zie typeplaatje)!
Sensor aansluiten, zie handleiding vervangende sensor.
Sensor kalibreren, zie handleiding vervangende sensor.