Het afdrukken wordt niet voltooid
Selecteer de instelling die ervoor zorgt dat afdrukgegevens niet worden
Controle 1
gecomprimeerd. (Windows)
Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat
afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd.
Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het
printerstuurprogramma. Schakel het selectievakje Toepassingen mogen afdrukgegevens niet comprimeren
(Do not allow application software to compress print data) in en klik op OK.
* Schakel het selectievakje uit nadat het afdrukken is voltooid.
Zijn de afdrukgegevens extreem groot? (Windows)
Controle 2
Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het
printerstuurprogramma. Controleer vervolgens in het geopende venster of Verlies van afdrukgegevens
voorkomen (Prevention of Print Data Loss) is ingesteld op Aan (zwak) (On (Weak)).
Als het afdrukken niet begint, ook al is Verlies van afdrukgegevens voorkomen (Prevention of Print Data
Loss) ingesteld op Aan (zwak) (On (Weak)), stelt u deze optie in op Aan (sterk) (On (Strong)) en start u het
afdrukken opnieuw.
* Hierdoor kan de afdrukkwaliteit afnemen.
De vaste schijf heeft mogelijk onvoldoende vrije ruimte om de taak op te
Controle 3
slaan.
Verwijder onnodige bestanden om schijfruimte vrij te maken.
642