2. Controleer of het AAN/UIT (POWER)-lampje uit is en
Belangrijk
• Als het AAN/UIT (POWER)-lampje van de printer brandt of knippert, mag u de stekker niet uit
het stopcontact halen. Dit kan namelijk storingen of schade aan de printer veroorzaken
waardoor u niet meer met de printer kunt afdrukken.
3. Trek de papieruitvoersteun uit en sluit vervolgens het verlengstuk van uitvoerlade en de
papieruitvoerlade.
4. Sluit de achterste lade of de lade voor handmatige invoer.
Om de achterste lade te sluiten, trekt u het verlengstuk van papiersteun uit en vervolgens sluit u de
papiersteun.
Om de lade voor handmatige invoer te sluiten, trekt u het verlengstuk van papiersteun en de
papiersteun uit.
5. Koppel de printerkabel los van de computer en de printer en haal vervolgens de stekker
van de printer uit het stopcontact.
6. Zet met plakband alle kleppen van de printer vast, zodat deze tijdens het verplaatsen niet
kunnen opengaan.
7. Bevestig het beschermende materiaal aan de printer wanneer u de printer in de doos
plaatst.
Belangrijk
• Plaats de printer opnieuw op een vlakke ondergrond en let daarbij op de inkttoevoerstopper.
Uw printer opnieuw installeren
Wanneer u de voorbereidingen voor het vervoeren hebt uitgevoerd en de printer is verplaatst, volgt u de
onderstaande procedure op.
Belangrijk
• Tijdens de herinstallatie wordt er een grote hoeveelheid inkt verbruikt, aangezien inkt zich in de
printer of in de printkop bevindt. Er zijn mogelijk extra nieuwe inkttanks of onderhoudscartridges
nodig aangezien er een grote hoeveelheid inkt is uitgespoten. Zorg ervoor dat u inkttanks of
onderhoudscartridges hebt voordat u de voorbereidingen uitvoert.
1. Haal de printer uit de doos.
2. Druk op de knop AAN (ON) om de printer in te schakelen.
3. Controleer het bericht, selecteer Ja (Yes) en druk vervolgens op de knop OK.
haal de stekker uit het
310
stopcontact.