Inhoudsopgave
Advertenties
6
KWALITEIT VOOR PROFESSIONEEL GEBRUIK
6 6 6 6 Handleiding
Handleiding voor
Handleiding
Handleiding
6.1
6.1 Aanspanning aan de
6.1
6.1
Aanspanning aan de t t t t ra ra ra rac c c c tor
Aanspanning aan de
Aanspanning aan de
De luchtdruk in den tractorachterbanden moet bij gebruik
minder belasting van de banden de druk verhogen.
Onder zware gebruiksomstandiheden kunnen extra wielgwichten een
voordeel zijn. Zie ook handleiding v/d tractorfabrikant.
De tractor is voor voldoende met ballastgewicht uit tevoeren, om de besturing
en de beremming te garanderen. Minimaal 20% v/h voertuig leeg gewicht op
de vooras vereist.
De hefarmen moeten links en rechts op de zelfde hoogte worden afgesteld.
De machine in de driepuntsaanspanning v/d tractor monteren.
De topstang zo verbinden, dat deze ook bij het werk naar de tractor toe
afhangt. Let ook op de stickers op de machine. (Op de aanwijzingen v/d
tractorfabrikant letten)
De afzetsteunpoten na het aankoppelen v/d hefarmen uittrekken van de
pennen en omdraaien en weer insteken en beveiligen (zie foto)
Beeld: 1
De hydr. slangen aan een dubbelwerkend ventiel aansluiten. Bij aansluiten er
op letten, dat de slangen aan de tractor- en machinezijde drukloos zijn.
voor APV GP
voor
voor
APV GP 300
APV GP
APV GP
300 M1
300
300
tor
tor
tor
M1
M1
M1
Beeld: 2
0,8 bar
bedragen. Bij
Advertenties
Inhoudsopgave
