Apps en functies
• D e nauwkeurigheid van de meetsensor voor de hartslag kan afnemen, afhankelijk van de
meetomstandigheden en omgeving.
• G ebruik de hartslagfunctie alleen om uw hartslag te meten.
• L age omgevingstemperaturen kunnen van invloed zijn op uw meting; houd uzelf warm
wanneer u uw hartslag controleert in de winter of bij koud weer.
• R oken of alcohol drinken voordat u begint met meten, kan ervoor zorgen dat uw hartslag
anders is dan uw normale hartslag.
• P raat, gaap of adem niet diep in terwijl u uw hartslag meet. Hierdoor kan uw hartslag
mogelijk onjuist worden vastgelegd.
• A angezien de meetsensor voor de hartslag licht gebruikt om de hartslag te schatten,
kan de nauwkeurigheid enigszins verschillen wegens fysieke factoren die lichtabsorptie
en -reflectie beïnvloeden, zoals bloedsomloop/bloeddruk, de huid en de locatie en
hoeveelheid bloedvaten. Als uw hartslag zeer hoog of laag is, kunnen de metingen ook
onjuist zijn.
• G ebruikers met dunne polsen kunnen onjuiste hartslagmetingen krijgen wanneer
het apparaat te los zit, omdat dan het licht ongelijkmatig wordt gereflecteerd. Als de
hartslagmeting niet correct functioneert, verschuift u de meetsensor voor de hartslag
van het apparaat naar rechts, links, omhoog of omlaag op uw pols of draagt u het
apparaat op de binnenkant van uw arm zodat de meetsensor voor de hartslag goed in
contact komt met uw huid.
• A ls de meetsensor voor de hartslag vuil is, veegt u de sensor schoon en probeert u het
opnieuw. Obstakels tussen het bandje van het apparaat en uw pols, zoals lichaamshaar,
vuil of andere voorwerpen, kunnen voorkomen dat het licht gelijkmatig wordt
gereflecteerd. Verwijder dergelijke obstakels voor gebruik.
61