10
Onderhoud en reparatie
Werkwijze:
1. Slangkoppelstuk aan het uiteinde van de te vervangen hydraulische slang losmaken.
2. Olie aflaten die zich in de hydraulische slang bevindt.
3. Het andere uiteinde van de hydraulische slang losmaken.
4. Het losgemaakte uiteinde van de slang direct in de olieopvangbak houden en de aan-
sluiting afsluiten.
5. De slangbevestigingen losmaken en hydraulische slang verwijderen.
6. De nieuwe hydraulische slang op de aansluitingen aansluiten. De slangkoppelstuk-
ken vastdraaien.
7. De hydraulische slang met de slangbevestigingen vastzetten.
8. De positie van de nieuwe hydraulische slang controleren. De slanggeleiding moet
identiek aan die van de oude hydraulische slang zijn. Er mogen geen schuurplekken
optreden; de slang mag niet verdraaid of onder spanning gezet zijn.
De hydraulische slangen werden met succes vervangen.
10.4.3
Hydraulisch systeem van de Vario-aandrijving controleren
De Vario-aandrijving is verantwoordelijk voor het constante toerental van de ventilator.
De axiale plunjerpomp wordt via de aftakas door de trekker aangedreven. Het hydrauli-
sche boordsysteem is in het oliereservoir met ca. 40 liter hydraulische olie gevuld.
De Vario-aandrijving bestaat uit de volgende componenten die onderhouden moeten
worden:
Aftakas
Drijfwerk
Axiale plunjerpomp
Axiale plunjermotor
Oliereservoir
Oliefilter
Oliekoeler met temperatuursensor
106