Afbeelding 11:
ð Bij een juiste plaatsing liggen de flenzen vlak en gelijk op elkaar.
7. Multi-turn aandrijving zodanig draaien dat de montagegaten in één lijn liggen.
8. Multi-turn aandrijving met bouten [3] bevestigen.
9. De bouten [3] kruisgewijs met draaimoment volgens tabel
voor bouten [} 53]
10. Multi-turn aandrijving handmatig in richting OPEN draaien totdat flens van de
afsluiter [4] en de aandrijfvorm A [2] stevig op elkaar liggen.
Afbeelding 12: Flens aandraaien
11. Bouten [5] tussen afsluiter en aandrijfvorm A met draaimoment volgens tabel
Aandraaimomenten voor bouten [} 53]
5.3.2.2 Draadbus aandrijfvorm A op maat bewerken
Deze werkfase is alleen noodzakelijk bij een ongeboorde of voorgeboorde draadbus.
Exacte uitvoering van het product: zie ordergerelateerd gegevensblad of de
AUMA Assistant App.
vastdraaien.
kruisgewijs vastdraaien.
Montage
Aandraaimomenten
17