Aansluiting Condensaatleiding Buiten - alpha innotec LWD 50A Installatie- En Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor LWD 50A:
- Installatie- en gebruikershandleiding (32 pagina's) ,
- Installatie- en gebruikershandleiding (44 pagina's) ,
- Installatie- en gebruikershandleiding (48 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
LWD 50A(RX) – LWD 70A(RX)
LWD 90A
1
F
3
E
KS
1a
D
Legende: 819400-1
Technische Änderungen vorbehalten.
Aufstellungshinweise für Anschluß der Kondensatleitung außerhalb des
Gebäudes.
KS
Kiesschicht zur Aufnahme von bis zu 50l Kondenswasser pro Tag
als Pufferzone zum versickern.
Legenda: 819400-1
C
3
Kondensatablaufrohr DN 40
Opstellingsaanwijzingen voor aansluiting van de consensaatleiding buiten het gebouw
Wichtig: Beim direkten Einleiten des Kondenswassers in die Erde (Abbildung 1a),
KS
Grindlaag voor opname van max. 50 l condenswater per dag als bufferzone voor het wegsij-
muss das Kondensatablaufrohr (3) zwischen Boden und Wärmepumpe isoliert werden.
pelen
3
Condensafvoerbuis DN 40
Wichtig: Bei direktem Einleiten des Kondenswassers in eine Abwasser- oder
Regenwasserleitung muss ein Syphon gesetzt werden (Abbildung 1b). Es muss ein
oberhalb des Bodenreichs gedämmtes und senkrecht verlegtes Kunststoffrohr
Belangrijk:
Bij het direct afvoeren van het condenswater in de aardbodem (afbeelding 1a) moet de con-
verwendet werden. Weiterhin dürfen im Abflussrohr keine Rückschlagklappen oder
densafvoerbuis (3) tussen bodem en warmtepomp worden geïsoleerd.
ähnliches installiert sein. Das Kondensatablaufrohr muss so angeschlossen werden,
dass das Kondensat frei in die Hauptleitung einfließen kann. Wird das Kondensat in
Belangrijk:
Bij het direct afvoeren van het condenswater in een afvalwater- of regenwaterleiding moet
Drainagen oder in die Kanalisation abgeleitet, ist auf eine Verlegung mit einem Gefälle
B
zu achten.
een sifon worden geïnstalleerd (afbeelding 1b).
Er dient een boven de bodem geïsoleerde en verticaal gemonteerde kunststof buis te wor-
In allen Fällen (Abbildung 1a und Abbildung 1b) muss gewährleistet sein,
den gebruikt. Verder mogen in de afvoerbuis geen terugslagkleppen of dergelijke geïnstal-
dass das Kondenswasser frostfrei abgeführt wird.
leerd zijn. De condensafvoerbuis moet zo aangesloten worden, dat het condensaat vrij in de
hoofdleiding kan stromen. Als het condensaat naar draineer- of rioolbuizen wordt afgevoerd,
moeten de buizen met een afschot worden gelegd.
In alle gevallen (afbeelding 1a en afbeelding 1b) moet gegarandeerd zijn dat het condens-
water vorstvrij wordt afgevoerd.
A
40
Technische wijzigingen voorbehouden | 83053500lNL – Vertaling van de originele gebruikershandleiding | ait-deutschland GmbH
Aansluiting condensaatleiding
2
3
1b
3
3
buiten
4
1c
Advertenties
Inhoudsopgave
