10. MP 204 met GENIbus
Als diverse MP 204 units op dezelfde GENIbus zijn
aangesloten dient de aansluiting te worden gemaakt
zoals weergegeven in afb. 23.
Merk de aansluiting van afscherming aan geleidende
drager op.
Als de GENIbus in gebruik is en bewaking van bus-
communicatie geactiveerd is, zal de MP 204 door-
gaan met het bewaken van de busactiviteit. Als de
MP 204 geen GENIbus-telegrammen ontvangt, ver-
onderstelt de MP 204 dat de GENIbus-aansluiting
uitgeschakeld is en geeft deze een storing aan op de
afzonderlijke units.
CU 361
CU 361
Afb. 23 GENIbus
11. Goedkeuringen en normen
De MP 204 conformeert aan:
•
UL 508
•
IEC 947
•
IEC/EN 60335-1
•
IEC/EN 61000-5-1
•
IEC 61000-6-3
•
IEC 61000-6-2
•
EN 61000-6-3
•
EN 61000-4-5
•
EN 61000-4-4
•
EN 61000-4-6.
30
Aan elk van de units in de keten moet een identifica-
tienummer worden toegekend met de R100, zie
paragraaf 9.4.7.
Zie WebCAPS op www.grundfos.com voor verdere
informatie over de GENIbus.
T1 T2
L1/N L2/L L3/A FG
L1/N L2/L L3/A FG
5
MP 204
Power
Trip
Power
T
R
C C SH
95
96
97
A
Y B
A
Y B
98
A Y B
C
C
12. Pompbediening met MP 204
12.1 Industriële pompen
In industriële pompen kan een PTC/thermische
schakelaar zijn opgenomen die direct aan de
MP 204 aangesloten dient te worden.
Op industriële pompen zijn hoofdzakelijk IEC
uitschakelklassen 20 tot en met 30 van toepassing,
afhankelijk van de vloeistofviscositeit.
T1 T2
5
MP 204
Trip
C C
SH
95
96
97
98