4. KLIMAATREGELINGEN
RELATIEVE OF ABSOLUTE TEMPERATUURINSTELLING
REGELING
Ventilatoren
Ventilatiegroep (links/rechts etc.)
Koeling 1 en 2
Recirculatie, Temperatuur 2 ... 4
Relatief
: De temperatuurregeling werkt met een verschiltemperatuur ten opzichte van de ingestelde staltemperatuur. De
temperatuurregeling volgt de ingestelde staltemperatuur. Als u bijv. een verschiltemperatuur instelt van 5,0ºC en
de ingestelde staltemperatuur is 20,0ºC dan regelt de temperatuurreling op 20,0ºC+5,0ºC = 25,0ºC. Wijzigt u de
staltemperatuur bijv. in 18,0ºC dan regelt de temperatuurreling op 18,0ºC+5,0ºC = 23,0ºC.
Absoluut
: De temperatuurregeling werkt met absolute temperatuurinstellingen, d.w.z. dat als u de temperatuur op 5,0ºC
instelt de uitgang ook regelt op 5,0ºC. De temperatuurregeling werkt onafhankelijk van de ingestelde
staltemperatuur.
VENTILATIEGROEPEN (met ventilatorgroep)
INSTELLING TEMPERATUUR
De temperatuur waarop de ventilatiegroep regelt, deze instelling is altijd relatief ten opzichte van de
staltemperatuur. Achter de temperatuur instelling wordt de berekende temperatuur weergegeven waarop de
ventilatiegroep regelt.
BANDBREEDTE
De bandbreedte bepaalt de 'gevoeligheid' van de regeling. Met een kleine bandbreedte reageert de computer
feller op een temperatuurstijging/daling, dit is niet goed voor het stalklimaat. Er ontstaan zo te veel
schommelingen in de ventilatie.
CL-5400-G-NL02000
STALTEMPERATUUR
De temperatuur waarop de ventilatiegroepen, koelingen en verwarmingen regelen
wordt de staltemperatuur genoemd.
Let op!
Indien u een lage staltemperatuur instelt dient u rekening mee
te houden dat het water in de winter kan bevriezen.
RELATIEVE INSTELLING
Altijd relatief
t.o.v. staltemperatuur
Altijd relatief
t.o.v. staltemperatuur
n.v.t.
n.v.t.
4. KLIMAATREGELINGEN
ABSOLUTE INSTELLING
n.v.t.
n.v.t.
Altijd absolute
temperatuur instellingen.
Altijd absolute
temperatuur instellingen.
Bandbreedte
Momentel ventilatie
Minimum
Momentele temp.
Instelling temperatuur
Maximum
Temp. [°C]
Staltemperatuur
9
39
-