Netwerk
Printerstatus bepalen met het netwerkindicatielampje
Het Wi-Fi- of Ethernet-indicatielampje geeft de netwerkstatus van de printer aan.
Opmerkingen:
•
Het netwerkindicatielampje bevindt zich op het bedieningspaneel van de printer. Mogelijk beschikt uw printer
over een indicatielampje voor draadloze en/of Ethernet-netwerken, afhankelijk van het printermodel.
Raadpleeg de Beknopte referentiehandleiding of neem contact op met de systeembeheerder om te achterhalen
of uw printer over draadloze en/of Ethernet-functies beschikt.
•
De printer kan tegelijk één lokale verbinding (USB) en één netwerkverbinding (Ethernet of draadloos)
ondersteunen. Het is niet mogelijk om tegelijk een draadloze en Ethernet-verbinding te gebruiken.
Indicatie-
Printerstatus
lampje
Uit
•
De printer is uitgeschakeld of aan het opwarmen.
•
De printer is niet verbonden met een draadloos of Ethernet-netwerk en bevindt zich in de slaapstand.
•
De printer is niet geconfigureerd voor gebruik op een draadloos of Ethernet-netwerk.
•
De printer is geconfigureerd voor een ad-hocverbinding, maar communiceert momenteel niet met een ander
ad-hocapparaat.
Knippert
•
De printer is geconfigureerd voor een Ethernet-verbinding, maar kan geen netwerkverbinding instellen.
groen
•
De printer bevindt zich buiten het bereik van het toegangspunt (draadloze router).
•
De printer probeert te communiceren met het toegangspunt, maar het toegangspunt is uitgeschakeld of werkt
niet correct.
•
Het toegangspunt is uitgeschakeld en weer ingeschakeld en de printer probeert verbinding met het netwerk
tot stand te brengen.
•
De draadloze instellingen van de printer zijn wellicht niet langer geldig.
Controleer of de ingestelde printerwaarden voor SSID, WEP-sleutel of vooraf gedeelde sleutel/wachtwoord voor
WPA/WPA2-wachtwoord, beveiligingstype en IP-adres nog steeds correct zijn.
Brandt groen
•
De printer is verbonden met een draadloos of Ethernet-netwerk en gereed is voor gebruik.
•
De printer is aangesloten op de computer of een mobiel apparaat via een ad-hocverbinding.
Speciale installatieaanwijzingen voor draadloze aansluitingen
De volgende aanwijzingen zijn van toepassing op klanten buiten Noord-Amerika die een draadloze breedbandbox
gebruiken. Dit zijn onder andere LiveBox, AliceBox, N9UF Box, Freebox en Club Internet.
Voor u begint
•
Zorg ervoor dat de draadloze functies zijn ingeschakeld en geactiveerd voor gebruik op een draadloos netwerk.
Raadpleeg de documentatie bij de box voor meer informatie over het configureren voor draadloos gebruik.
•
Controleer of de box en de computer zijn ingeschakeld en zijn aangesloten op uw draadloze netwerk.
101