3.2. Controleer de geschikte installatieplaats
WAARSCHUWING
Neem gepaste maatregelen om te voorkomen dat kleine
dieren gaan nestelen in de unit.
Kleine dieren die in contact komen met elektrische
onderdelen kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
Deel aan de klant mee dat het zeer raadzaam is om de
ruimte rond de unit schoon te houden.
Dit is een klasse-A-product. In een woonomgeving kan dit
product radiostoringen veroorzaken. In een dergelijk geval
kan de gebruiker verplicht zijn om passende maatregelen
te nemen.
VOORZICHTIG
De apparatuur mag niet toegankelijk zijn voor algemeen
publiek. Installeer de apparatuur in een beveiligde
omgeving waar gemakkelijke toegang niet mogelijk is.
Deze unit is geschikt voor installatie in een commerciële
en in licht industriële omgevingen.
3.2.1.
Algemene voorzorgsmaatregelen op de plaats
van installatie
Selecteer een installatieplaats die voldoet aan de volgende eisen:
De ondergrond moet sterk genoeg zijn om het gewicht van de
unit te dragen. De vloer dient vlak te zijn, zodat er geen trillingen
of lawaai worden geproduceerd en de unit voldoende stabiel
staat.
De ruimte rondom de unit is voldoende voor onderhoud- en
servicewerkzaamheden (zie "3.4. Serviceruimte" op pagina 4).
De ruimte rondom de unit dient voldoende te zijn om voor
voldoende luchtcirculatie te kunnen zorgen.
Er kan geen brand ontstaan als gevolg van lekkage van licht
ontvlambare gassen.
De apparatuur is niet bedoeld voor gebruik in een omgeving met
ontploffingsgevaar.
Selecteer de locatie van de unit op zo'n manier dat het geluid
dat wordt geproduceerd door de unit niemand stoort. Houd bij
de selectie van de locatie ook rekening met de geldende
wetgeving.
Houd rekening met de minimum en maximum watervolumes en
installatiehoogten, zie "4.5. Het werk met betrekking tot de
waterleidingen uitvoeren" op pagina 10.
Zorg ervoor dat in het geval van een waterlek, het water geen
schade kan berokkenen aan de installatieruimte en de omgeving.
Installeer het apparaat niet op de volgende
plaatsen.
Locaties waar zwavelige zuren en andere
corrosieve gassen in de atmosfeer aanwezig
kunnen zijn.
Koperen
verbindingen kunnen corroderen waardoor er
een lek in de koelmiddelleiding kan ontstaan.
Plaatsen
aardolienevel, -spray of damp aanwezig is.
Kunststofdelen kunnen vervallen en er dan
afvallen of een waterlekkage veroorzaken.
Plaatsen waar zich apparatuur of uitrustingen
bevinden die elektromagnetische stralingen
genereren.De elektromagnetische stralingen
kunnen het regel- of bedieningssysteem
storen, waardoor de unit niet normaal kan
werken.
EWAQ016~064BAW + EWYQ016~064BAW
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroep
4PW70082-1C – 2013.07
leidingen
en
gesoldeerde
waar
in
de
atmosfeer
Houd bij de installatie rekening met harde wind,
tropische stormen en aardbevingen.
Als de unit ondeugdelijk is geïnstalleerd kan hij
omkantelen.
3.2.2.
Weerafhankelijke voorzorgsmaatregelen
Selecteer een plaats waar de unit zo min mogelijk wordt
blootgesteld aan regen.
Zorg dat de luchtinlaat van de unit niet gericht is op de
windrichting. Frontale wind kan de werking van de unit
belemmeren. Gebruik indien nodig een scherm om de wind
tegen te houden.
Zorg dat de installatieplaats geen waterschade kan oplopen
door een waterafvoer in de fundering te voorzien en te
voorkomen dat in de constructie water komt te staan.
Plaats de unit niet op plaatsen waar de lucht hoge concentraties
zout bevat zoals dicht aan zee.
3.2.3.
Een locatie in koude klimaten kiezen
INFORMATIE
Wanneer de unit wordt gebruikt op een plaats met lage
buitentemperaturen,
instructies op.
Installeer een keerschot voor de luchtinlaat van de buitenunit
zodat de unit niet wordt blootgesteld aan wind en sneeuw:
In gebieden met heftige sneeuwval is het belangrijk om een
installatieplaats te kiezen waar de sneeuw geen invloed heeft op
de unit. Als de sneeuw ook van de zijkant de unit kan bereiken,
zorg dan dat de convector van de warmtewisselaar niet wordt
beschadigd door de sneeuw (bouw indien nodig een zijscherm).
Zie afbeelding 1.
1 Bouw een grote afdak.
Zorg ervoor dat de lucht ongehinderd uit de unit kan
blazen.Leiplaat
2 Bouw een voetstuk.
Monteer de unit hoog genoeg van de grond zodat hij niet
in de sneeuw staat.
3.3. Afmetingen van buitenunit
Zie afbeelding 6.
1 Afstanden van boutgaten onderstuk
(15 x 22,5 langwerpige gaten)
3.4. Serviceruimte
Er is voldoende vrije ruimte rond de unit voor het onderhoud en de
luchtinlaat en -uitlaat. (Zie de afbeelding hieronder en kies een van
de mogelijkheden). Zie afbeelding 2.
een
1 Afstanden van de muur (of van andere units) in streken
zonder hevige sneeuwval
2 Afstanden van de muur (of van andere units) in streken
met hevige sneeuwval
Zuigzijde
De installatieruimte die vereist is conform deze tekening geldt voor
vollast-verwarmingsbedrijf zonder rekening te houden met eventuele
ijsophoping.
Indien de plaats waar de unit moet komen zich in een streek met
hevige sneeuwval bevindt, dienen de afmetingen a en b >500 mm te
zijn om ervoor te zorgen dat het ijs zich niet tussen de units kan
ophopen.
Plaatsen waar ontvlambare gassen kunnen
lekken, waar thinner, benzine en andere
vluchtige stoffen worden gebruikt of waar
koolstof of andere brandbare stoffen in de
atmosfeer aanwezig zijn.
Gelekt gas kan zich rondom de unit
verzamelen en dan een explosie veroorzaken.
volg
dan
de
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
onderstaande
4