Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Daikin EWAQ016BAW Montagehandleiding En Gebruiksaanwijzing pagina 26

Verberg thumbnails Zie ook voor EWAQ016BAW:
Inhoudsopgave

Advertenties

[4] Niet bruikbare instellingen
[5] Automatische terugstelling
[5-00] Niet bruikbare instelling.
[5-01] Niet bruikbare instelling.
[5-02] Terugsteltemperatuur uittredend water.
[5-03] Terugstelling kamertemperatuur.
[5-04] Niet bruikbare instelling.
[6] Instelling optie
[6-01] Optie externe kamerthermostaat
Als de optionele externe kamerthermostaat is geïnstalleerd,
moet de werking ervan worden geactiveerd door middel van een
lokale instelling. Standaard [6-01]=0; dit betekent dat geen
externe kamerthermostaat geïnstalleerd is. Stel [6-01] in op 1 of
2 als de optionele externe kamerthermostaat geïnstalleerd is.
De externe kamerthermostaat stuurt alleen een AAN/UIT-signaal
naar de warmtepomp op basis van de kamertemperatuur. Omdat
hij niet doorlopend informatie doorstuurt naar de warmtepomp
vult hij de kamerthermostaatfunctie van de afstandsbediening
aan. Om het systeem goed te kunnen besturen en frequent
AAN/UIT te voorkomen, is het aanbevolen om met automatische
weersafhankelijke instelpunten te werken.
[6-01]=1
Input 1 kamerthermostaat = verwarming AAN (1)/UIT (0)
Input 2 kamerthermostaat = koeling AAN (1)/UIT (0)
[6-01]=2
Input 1 kamerthermostaat = werking AAN (1)/UIT (0)
Input 2 kamerthermostaat = keuze koeling (1)/verwarming (0)
[6-03] Instelling negatieve temperatuur van het uittredend water
Deze instelling kan enkel gebruikt worden voor units met de
optie koelen bij temperaturen onder 0°C ([A-04]=1).
Het is niet mogelijk instellingen voor negatieve temperaturen van
het uittredend water rechtstreeks op de afstandsbediening in te
stellen. Dit moet via deze instelling gebeuren.
Voorbeeld: [6-03]=–5 stelt het instelpunt van de temperatuur van
het uittredend water in op –5°C.
INFORMATIE
De unit aanvaardt dit instelpunt voor de negatieve
temperatuur van het uittredend water enkel als het
instelpunt voor de temperatuur van het uittredend
water op het scherm van de afstandsbediening op
0°C ingesteld werd (na [C-03] op 0 gezet te hebben)
en de lokale instelling [A-04]=1.
[7] Instelling optie
[7-00] Gedwongen werking van de pomp
[7-00]=0 de pomp neemt tussentijdse monsters tijdens
thermo uit. Deze instelling wordt dikwijls gebruikt wanneer de
unit via een kamerthermostaat bediend wordt.
[7-00]=1
de
pomp
(standaardinstelling).
[8] Instelling optie
[8-00] Temperatuurregeling afstandsbediening
[8-00]=0 de unit werkt volgens de temperatuur van het
uittredend water. Dit is de standaardinstelling.
[8-00]=1 de unit werkt volgens de kamertemperatuur. Dit
betekent dat de afstandsbediening als kamerthermostaat
wordt gebruikt, zodat de afstandsbediening in de woonkamer
kan worden geplaatst om de kamertemperatuur te regelen.
[8-01] Niet bruikbare instelling
[8-03] Niet bruikbare instelling
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
21
blijft
werken
tijdens
thermo
[8-04] Vorstbeveiliging
De unit biedt een vorstbeveiligingsfunctie met 3 instelbare
niveaus:
[8-04]=0 beveiliging niveau 0 (standaard: geen beveiliging)
[8-04]=1 beveiligingsniveau 1
[8-04]=2 beveiligingsniveau 2
De vorstbeveiliging is alleen actief wanneer de unit in thermo
UIT staat. Als vorstbeveiligingsniveau 1 is geactiveerd, start de
vorstbeveiliging zodra de buitentemperatuur <4°C en als de
temperatuur uittredend water of retourwater <7°C is. Bij
vorstbeveiligingsniveau 2 begint de vorstbeveiliging bij een
omgevingstemperatuur van <4°C.
In beide gevallen werkt de pomp en als de temperatuur
uittredend water of retourwater <5°C gedurende 5 minuten, start
de unit op om een te lage temperatuur te voorkomen.
Deze functie kan geactiveerd worden wanneer er geen optionele
verwarmingstape of glycol in het systeem is en wanneer warmte
van een toepassing gebruikt kan worden.
[9] Automatische temperatuurcompensatie
Indien nodig kan een thermistorwaarde van de unit worden
aangepast met een correctiewaarde. Dit kan worden gebruikt als
tegenmaatregel voor thermistortoleranties of een capaciteitsgebrek.
De gecompenseerde temperatuur (= gemeten temperatuur plus
compensatiewaarde) wordt dan gebruikt voor de besturing van het
systeem en wordt aangegeven in de temperatuuruitleesstand.
[9-00] Compensatiewaarde temperatuur uittredend water voor
de verwarming.
[9-01] Automatisch corrigerende functie thermistor uittredend
water.
Wanneer deze functie geactiveerd wordt, zal zij rekening
houden met de omgevingscondities van buiten en de gemeten
waarde corrigeren die voor de logica gebruikt zal worden.
Voorbeeld: wanneer de omgevingstemperatuur hoog is tijdens
het koelen, zal de logica de door de thermistor van het uittredend
water gemeten waarde naar een lagere waarde corrigeren om
rekening te houden met de hoge omgevingstemperaturen van de
meting.
[9-02] Niet bruikbare instelling
[9-03] Compensatiewaarde temperatuur uittredend water voor
de koeling.
[9-04] Niet bruikbare instelling
[A] Instelling optie
[A-00] Niet bruikbare instelling.
[A-01] Niet bruikbare instelling.
[A-02] Niet bruikbare instelling.
[A-03] Over-/onderschrijdingswaarde temperatuur uittredend
water
Met
deze
instelling
(verwarming)/onderschrijding (koeling) ingesteld worden wanneer
uit
de unit werkt volgens het uittredend water.
[A-04] Instelling glycolconcentratie
Deze instelling kan enkel gebruikt worden voor units met de
optie koeling bij lage temperaturen.
Wanneer deze instelling veranderd wordt, zullen de parameters
die het bevriezen verhinderen in functie van de glycolconcentratie
veranderen.
[A-04]=0= 30% glycol, minimum uittredend water=0°C
[A-04]=1= 40% glycol, minimum uittredend water=–10°C
VOORZICHTIG
Glycolconcentraties
parameter zullen de vloeistof laten bevriezen.
Om de temperaturen van het uittredend water op <0°C in te
stellen, zie "[6-03] Instelling negatieve temperatuur van het
uittredend water" op pagina 21.
[b] Niet bruikbare instellingen
kan
de
toegestane
overschrijding
lager
dan
de
ingestelde
EWAQ016~064BAW + EWYQ016~064BAW
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroep
4PW70082-1C – 2013.07

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave