Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Reisinstellingen Voor Binnenvaartschepen Invoeren; Overige Inland Ais-Instellingen - Raymarine AIS950 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

4.9.3

Reisinstellingen voor binnenvaartschepen invoeren

Voor de binnenvaart zijn aanvullende reisgerelateerde gegevens vereist, en moet de standaard
AIS-configuratie enigszins worden gewijzigd. Voer de volgende aanvullende gegevens in de AIS-transponder
in:
● De laadstatus van het schip, 'geladen' of 'ongeladen'.
● Het aantal blauwe kegels of de 'blauwe vlag'-status voor het vrachtschip (1, 2 of 3 blauwe kegels, of
blauwe vlag).
● De statische diepgang van het schip op de centimeter afgerond.
● De doorvaarhoogte van het schip op de centimeter afgerond.
● Het aantal personeelsleden, passagiers en ander personeel aan boord.
● Het aantal havensleepboten (van 0 tot 6).
U kunt de aanvullende identificatiegegevens via het hoofdmenu invoeren. Druk op de toets Menu en selecteer
vervolgens het submenu Reisgegevens. Wanneer de AIS-transponder in de modus Inland AIS werkt, wordt het
invoerscherm voor reisgegevens uitgebreid zodat u de hierboven beschreven extra gegevens kunt invoeren.
Voor Inland AIS moeten de volgende standaard AIS-reisgegevens worden bijgewerkt:
● Bestemming.
Voer de bestemming van de reis in met de UN-locatiecodes voor de eindbestemming en waar mogelijk de
ERI-codes.
4.9.4

Overige Inland AIS-instellingen

Wanneer de Inland-modus actief is, kan een 'blauw bord'-schakelaar op de AIS-transponder worden
aangesloten en kan de AIS-positierapportagefrequentie handmatig worden geconfigureerd. De aansluiting van
de 'blauw bord'-schakelaar wordt beschreven in paragraaf 4.9.5.
De instellingen voor de 'blauw bord'-schakelaar en de rapportagefrequentie vindt u in het hoofdmenu door
Installatie en vervolgens Inland configuratie te kiezen.
Selecteer de optie Blue sign settings (Instellingen blauw bord) om de 'blauw bord'-schakelaar in te stellen. U
kunt de schakelaar instellen op Beschikb. als een 'blauw bord'-schakelaar is aangesloten, of op Niet beschikb.
als dat niet het geval is.
Selecteer de optie Reporting rate selection (Rapportagefrequentie) als u het interval van de
AIS-positierapportage handmatig wilt wijzigen. De beschikbare instellingen voor het rapportage-interval zijn:
● Autonome modus - standaard.
● Elke 10 minuten.
● Elke 6 minuten.
● Elke 3 minuten.
● Elke minuut.
● Elke 30 seconden.
● Elke 15 seconden.
● Elke 10 seconden.
● Elke 5 seconden.
● Elke 2 seconden.
● Volgende hogere rapportagefrequentie.
● Volgende lagere rapportagefrequentie.
Handmatige wijzigingen in de rapportagefrequentie moeten zorgvuldig worden uitgevoerd, en
alleen op verzoek van de lokale autoriteiten.
Installatie
Pagina 57

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E70050

Inhoudsopgave