Beveiligde taken afdrukken
Wanneer u een afdruktaak naar de printer stuurt, kunt u via het stuurprogramma een PIN-code
(Personal Identification Number) invoeren. De PIN-code moet bestaan uit vier cijfers van 1 tot en met
6. De afdruktaak wordt vervolgens in het printergeheugen opgeslagen totdat u dezelfde viercijferige
PIN-code invoert via het bedieningspaneel en aangeeft dat u de taak wilt afdrukken of verwijderen.
Zo weet u zeker dat de afdruktaak niet wordt uitgevoerd voordat u zelf bij de printer bent gearriveerd
om de afgedrukte exemplaren op te halen. Geen enkele andere gebruiker van de printer kan de taak
uitvoeren.
Dit werkt uitsluitend met de speciale stuurprogramma's van Lexmark op de cd met
stuurprogramma's die met de printer is geleverd.
1
Selecteer in de tekstverwerker, spreadsheet, browser of andere toepassing Bestand
Afdrukken.
2
Klik op Eigenschappen. (Als er geen knop Eigenschappen is, klikt u op Instelling en
vervolgens op Eigenschappen.)
3
Klik op Help en zoek het onderdeel over beveiligde afdruktaken en afdruktaken in wacht.
Volg de instructies voor het afdrukken van een beveiligde taak. (Zie
afdrukken.)
Ga naar de printer als u klaar bent om de afgedrukte beveiligde taak op te halen en ga verder
met de volgende stappen.
4
Druk enkele malen op Menu totdat u menu Taak ziet en druk vervolgens op Selecteren.
5
Druk enkele malen op Menu totdat u Beveiligde taak ziet en druk vervolgens op
Selecteren.
6
Druk enkele malen op Menu totdat u de gebruikersnaam ziet en druk vervolgens op
Selecteren.
7
Zie
Persoonlijk identificatienummer invoeren (PIN)
op pagina 20
om de beveiligde taak af te drukken.
Afdrukken
Beveiligde taken afdrukken
19
Beveiligde taken
voor het vervolg. Ga verder met
stap 8