Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Echoloodfrequenties; De Transducerfrequentie Selecteren; Een Frequentievoorinstelling Maken; De A-Scope Inschakelen - Garmin GPSMAP 7400 Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor GPSMAP 7400 Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

Zendvermogen: Hiermee kunt u de echo van de transducer
nabij het oppervlak verminderen. Een lager zendvermogen
vermindert de echo van de transducer, maar kan ook de
sterkte van de echosignalen verlagen. Deze optie is alleen
beschikbaar voor de Traditioneel sonarweergave.
Filterbreedte: Hiermee kunt u de randen van het doel
definiëren. Een korter filter verscherpt de randen van doelen,
maar geeft mogelijk meer ruis. Een langer filter verzacht de
randen van doelen en vermindert mogelijk ook de ruis. Deze
optie is alleen beschikbaar voor de Traditioneel
sonarweergave.
L/R spiegelen: Wijzigt de SideVü weergave-oriëntatie van links
naar rechts. Deze optie is alleen beschikbaar voor de SideVü
sonarweergave.
Herstel sonarstandaarden: Hiermee herstelt u alle
fabrieksinstellingen van de sonar.
Hiermee kunt u de transducer wijzigen, details over de
transducers bekijken en details op een geheugenkaart
opslaan.

Echoloodfrequenties

OPMERKING: De beschikbare frequenties zijn afhankelijk van
de gebruikte kaartplotter, echoloodmodules en transducer.
Door de frequentie in te stellen, past u het echolood aan voor
uw specifieke doel en de aanwezige waterdiepte.
Hogere frequenties maken gebruik van smallere bundels en zijn
daarom beter voor snelle weergave en bij een ruwe zee. De
weergave van bodem en thermoclines (inversielagen) kan beter
zijn wanneer u een hogere frequentie gebruikt.
Lagere frequenties maken gebruik van bredere bundels, die de
visser meer doelen laten zien, maar kunnen ook meer
oppervlakteruis genereren en de continuïteit van bodemsignalen
verslechteren bij een ruwe zee. Bredere bundels genereren
grotere visbogen, waardoor ze ideaal zijn voor het opsporen van
vis. Bredere bundels werken ook beter in diep water, omdat de
lagere frequentie beter doordringt in diep water.
Met CHIRP frequenties kunt u elke puls een reeks frequenties
laten doorlopen voor een betere scheiding van doelen in diep
water. U kunt CHIRP gebruiken om doelen, zoals vissen in een
school, te onderscheiden en voor toepassing in diep water.
CHIRP presteert over het algemeen beter dan toepassingen met
één enkelvoudige frequentie. Omdat sommige vissen beter
worden weergegeven met een vaste frequentie, moet u rekening
houden met uw doelstellingen en met de wateromstandigheden
wanneer u CHIRP frequenties gebruikt.
Met sommige black-box echoloden en transducers kunt u ook
vooraf ingestelde frequenties aanpassen voor elk
transducerelement. Dit betekent dat u de frequentie met behulp
van de voorinstellingen snel kunt wijzigen wanneer de
wateromstandigheden en uw doelstellingen veranderen.
Wanneer u twee frequenties tegelijk gebruikt in de gesplitste
frequentieweergave, kunt u dieper kijken met de lagere
frequentie en tegelijkertijd meer details zien met de hogere
frequentie.

De transducerfrequentie selecteren

OPMERKING: U kunt niet de frequentie voor alle
sonarweergaven en transducers aanpassen.
U kunt selecteren welke frequenties in het sonarscherm worden
weergegeven.
Wees u altijd bewust van lokale voorschriften inzake
sonarfrequenties. Om groepen orka's te beschermen, kan het
bijvoorbeeld verboden zijn om frequenties tussen 50 en 80 kHz
te gebruiken binnen een halve mijl van een groep orka's. Het is
uw eigen verantwoordelijkheid om het toestel te gebruiken in
overeenstemming met alle toepasselijke wetten en
verordeningen.
Viszoeker met echolood
LET OP
1
Selecteer in een sonarweergave Menu > Frequentie.
2
Selecteer een frequentie die is afgestemd op uw behoeften
en waterdiepte.
Ga voor meer informatie over frequenties naar
(Echoloodfrequenties, pagina

Een frequentievoorinstelling maken

OPMERKING: Niet voor alle transducers beschikbaar.
U kunt een voorinstelling maken om een specifieke
echoloodfrequentie op te slaan, zodat u snel van frequentie kunt
wisselen.
1
Selecteer in een echoloodweergave Menu > Frequentie.
2
Selecteer Frequentiebeheer > Nieuwe voorinstelling.
3
Voer een frequentie in.

De A-Scope inschakelen

OPMERKING: Deze functie is beschikbaar in de Traditioneel
sonarweergaven.
De A-Scope is een verticale flitser aan de rechterkant van de
weergave en toont u wat zich op dat moment onder de
transducer bevindt. U kunt de A-Scope gebruiken om doelen die
gemakkelijk kunnen worden gemist, duidelijker te maken als de
sonargegevens snel over het scherm worden geschoven,
bijvoorbeeld wanneer u op hoge snelheid vaart. Dit kan handig
zijn als u vissen wilt detecteren die zich dicht bij de bodem
bevinden.
Bovenstaande A-Scope geeft visweerkaatsingen
zachte-bodemweerkaatsing weer
1
Selecteer in een sonarweergave Menu >
Echoloodinstelling > Presentatie > A-Scope > Aan.
2
Selecteer een behoudtijd.
U kunt de behoudtijd vergroten, zodat de sonarresultaten
langer worden weergegeven.

Panoptix echolood instellen

Inzoomen op een Panoptix LiveVü of LiveScope
sonarweergave
U kunt inzoomen op de Panoptix LiveVü en LiveScope 2D-
sonarweergaven.
OPMERKING: De scrolgeschiedenis wordt verborgen als het
scherm in de zoommodus staat.
1
Spreid twee vingers uit elkaar om in te zoomen op het gebied
in een Panoptix LiveVü or LiveScope 2D-sonarweergave.
Er verschijnt een bijkaartvenster
versie van het volledige beeld weergegeven. In het omrande
gedeelte
op de bijkaart wordt de locatie van het
ingezoomde gebied weergegeven.
33).
en een
.
en er wordt een kleine
33

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Gpsmap 7600 series

Inhoudsopgave