Motor-Membraandoseerpompen MEMDOS LA
9 Elektrisch installeren
Levensgevaar door stroomschokken!
De doseerpomp moet onmiddellijk van de voedingsspanning verwijdert
worden om gevaar bij ongeval of een technisch defect te verhinderen.
ð
Installeer een noodschakelaar of integreer de doseerpomp in het
veiligheidsconcept van de installatie.
Gevaar van automatisch inschakelen!
De doseerpomp beschikt niet over een aan-/uit schakelaar en kan met
pompen beginnen zodra de voedingsspanning erop gezet wordt.
ð
Installeer een noodschakelaar of integreer de doseerpomp in het
veiligheidsconcept van de installatie.
Schade door foute netspanning
De aansluiting op een foutieve voedingsspanning leidt tot schade aan
de doseerpomp.
ð
Let op de weergave van de spanning op het typeschild.
Ontoereikende elektromagnetische tolerantie
Bij het aansluiten van de doseerpomp op de stekkerdoos zonder aan-
gesloten aarding kan de storingsgevoeligheid overeenkomstig de
EMV-normen niet gegarandeerd worden.
ð
Sluit de doseerpomp alleen aan op een stekkerdoos met
aangesloten aardleiding.
9.1 Principes
De elektrische aansluiting moet volgens de plaatselijk geldende voor-
n
schriften gebeuren.
De doseerpomp moet aangesloten worden op een stekkerdoos met
n
beschermingsschakelaar.
Om een foutieve dosering na beëindiging van het proces te voorko-
n
men, moet de doseerpomp voorzien worden van een elektrische ver-
grendeling. De doseerpomp mag niet met een aan-/uit schakelaar in
de voedingsspanning bedient worden.
Signaalkabel mag niet parallel naast krachtstroom en netleidingen
n
aangelegd worden. Stuur- en signaalkabels moeten in gescheiden ka-
nalen doorgevoerd worden. Bochten zullen onder een hoek van 90°
gelegd moeten worden.
© Lutz-Jesco GmbH 2021
Technische wijzigingen voorbehouden.
211119
GEVAAR
VOORZICHTIG
AANWIJZING
AANWIJZING
9.2 Beschrijving van de aansluitbussen
1
2
Afb. 9: Aansluitbussen 1 - 5
Aansluiting
1
2
3
Tab. 17: Ingangen van de besturing
Aansluiting
1
2
4
Tab. 18: Uitgangen van de besturing
Aansluiting
5
Programmeeraansluiting (voor fabrieksinstellingen)
Tab. 19: Programmeeraansluiting
BA-10412-05-V06
Bedieningsvoorschrift
5
3
4
Ingang
Vrijgave-ingang
Analoge ingang 0/4 – 20 mA.
Niveau ingang
Uitgang
Slag-terugmeldings-uitgang
Analoge uitgang 0/4 – 20 mA
Stoormeldrelais-uitgang
Programmeeraansluiting
Elektrisch installeren
Principes
21