Stappenmotor-membraandoseerpomp MEMDOS SMART LB / LD
Voorgenomen onderhoud
Slijtende delen (membraan,
ventielen, afdichtingen enz.)
vervangen
Doseerpomp spoelen en reinigen
Tab. 28: Onderhoudsaanwijzing en - intervallen
12.2 Doseerkop-bouten aandraaien
è
Trek de bouten van de doseerkop kruislings met een draaimoment-
sleutel na.
Het benodigde draaimoment bedraagt 1,8 Nm.
12.3 Membraan wisselen
Afb. 33: Opengewerkte tekening van membraan en doseerkop
12.3.1 Oude membraan uitbouwen
Vereiste acties:
ü
De doseerpomp moet van de voedingsspanning gescheiden worden.
ü
De vloeistofzijdige delen van de installatie worden drukloos gemaakt.
ü
De doseerpomp wordt met een ongevaarlijke vloeistof (bijv. water)
gespoeld.
Voer de volgende stappen uit:
1. Draai de vier bouten (5) op de doseerkop met geschikt gereedschap
(Inbussleutel SW 3) eruit en neem de doseerkop (4) eraf.
2. Buig het mebraan (3) met een tang aan de rand licht omhoog en
schroef deze tegen de wijzers van de klok om eraf.
© Lutz-Jesco GmbH 2020
Wijzigingen voorbehouden.
201221
Hoeveelheid
Bij herkenbaar optreden van
onacceptabele slijtage
Voor membraan-wisseling
Voor langdurige buiten
gebruikname
Na het verpompen van
agressieve, kleverige, uitkristal-
liserende of vervuilende
vloeistoffen
a
b
c
d
e
BA-10110-05-V03
12.3.2 Nieuw membraan monteren
Vereiste acties:
ü
Membraanstang (2) en membraanflens (1) moeten goed gereinigd
worden om daarmee het nieuwe membraan door achterblijvende
vloeistof niet te beïnvloeden.
ü
Op het schroefdraad van het membraan (3) kan een beetje vet
aangebracht worden (bijv. Molykote Longterm W2).
1. Schroef het membraan met de hand met de wijzers van de klok mee
tot merkbare aanslag op de membraanstang.
2. Breng de doseerkop in de juiste positie en plaatse de bouten er weer
in. Trek de bouten eerst zachtjes aan. Draai de bouten aansluitend
kruislings vast, bijv. eerst linksboven - rechtsonder -rechtsboven
- linksonder.
Beschadiging van de doseerkop / ondichtheid van het
membraan
Als de bouten te vast aangedraaid zijn, kan dit tot beschadiging van de
doseerkop leiden. Te zwak aandraaien veroorzaakt echter een
ondichtheid van het membraan en daarmee beïnvloeden van het
functioneren.
ð
Trek daarom de bouten met een draaimoment aan van 1,8 Nm.
ü
Membraanwissel uitgevoerd.
i
Na een membraanwissel of vervanging van andere onderdelen
van de doseerpomp kan het noodzakelijk zijn dat de
vloeistofhoeveelheid opnieuw gemeten moet worden door
middel van uitliteren.
12.4 Zuig- en persventiel reinigen
Vervuilde ventielen beïnvloeden de nauwkeurigheid van doseren
waardoor de ventielen regelmatig gereinigd moeten worden.
Het wisselen van een ventiel volgt bij doseerkoppen van kunststof door
het uitwisselen van de complete doseerkop (zie hoofdstuk 14 „Onderde-
len" op pagina 39).
Bedieningsvoorschrift
AANWIJZING
Onderhoud
35
Zuig- en persventiel reinigen