Dit symbool geeft de duwstand van de
koppelingshendel aan. In deze positie
is de motor ontkoppeld en werken de
motorremmen niet. Het mobiliteitshulpmiddel
kan worden geduwd door een begeleider en
de wielen kunnen vrij ronddraaien.
•
De bedieningskast moet uitgeschakeld
zijn.
•
Zie ook de informatie in paragraaf 6.8
Het mobiliteitshulpmiddel duwen in de
vrijloopmodus, pagina 51.
Lees de gebruiksaanwijzing.
Rij nooit over een oneffen ondergrond als de
sta-op functie omhoog is gebracht.
Leun niet uit de rolstoel als de sta-op functie
omhoog is gebracht.
Rij nooit met twee personen in de rolstoel.
1532906-L
Rij geen hellingen op en af als de sta-op
functie omhoog is gebracht.
Zorg ervoor dat er geen lichaamsdelen onder
een verhoogde sta-op functie terechtkomen.
Veiligheid
23