Instellingen van de Heatronic
Servicefunctie 6.A: laatst opgeslagen storing oproepen
Met deze servicefunctie kunt u de laatst opgeslagen storing oproepen.
Bij 00 wordt de servicefunctie gereset.
Servicefunctie 6.b: spanning klem 2
De actuele spanning op klem 2 wordt getoond.
Mogelijke weergaven zijn:
• 00 - 24: 0 V tot 24 V in stappen van 1 V
Servicefunctie 6.C: door verwarmingsregelaar gevraagde aanvoer-
temperatuur
Met deze servicefunctie kunt u de door de verwarmingsregelaar gevraag-
de aanvoertemperatuur bekijken.
Servicefunctie 6.d: actuele doorstroming turbine
De actuele doorstroming van de turbine wordt getoond.
Mogelijke weergaven zijn:
• 0.0. - 99.9.: 0,0 tot 99 l/min in stappen van 0,1 l/min
Servicefunctie 6.E: schakelklok ingang
Het linkercijfer toont de actuele status van de verwarming.
De verwarmingsmodus wordt conform de instellingen op de schakelklok
geactiveerd.
Het rechtercijfer toont de actuele status warm water.
De warmwatermodus wordt conform de instellingen op de schakelklok
geactiveerd.
Mogelijke weergaven zijn:
• 00: verwarming niet actief, warm water niet actief.
• 01: verwarming niet actief, warm water actief.
• 10: verwarming actief, warm water niet actief.
• 11: verwarming actief, warm water actief.
Servicefunctie 7.A: bedrijfslamp
Bij ingeschakelde ketel brandt de bedrijfslamp. Met servicefunctie 7.A
kunt u de bedrijfslamp uitschakelen.
Basisinstelling is 01 (ingeschakeld).
Servicefunctie 7.b: 3-wegklep in middenpositie zetten
Na het opslaan van de waarde 01 gaat de 3-wegklep naar de middenpo-
sitie. Daardoor wordt het volledig aftappen van het systeem en de een-
voudige demontage van de motor gewaarborgd.
Bij het verlaten van deze servicefunctie wordt automatisch weer de
waarde 00 opgeslagen.
Servicefunctie 7.C: minimale warmwaterhoeveelheid voor warm-
waterbedrijf
Met deze servicefunctie kan de minimale warmwaterhoeveelheid wor-
den ingesteld, die de ketel herkent als warmwatervraag.
De minimale warmwaterhoeveelheid kan tussen 2,2 l/min en 5,0 l/min in
stappen van 0,1 l/min worden ingesteld.
Basisinstelling is 2,2 (2,2 l/min).
Servicefunctie 7.d: aansluiting externe temperatuursensor bijvoor-
beeld hydraulische evenwichtscollector
Uit de basisinstelling wordt de aansluiting automatisch eenmalig her-
kend, u hoeft niets in te stellen.
28
Wanneer een aangesloten aanvoertemperatuursensor
weer wordt losgemaakt, dan moet u deze servicefunctie
weer op 00 instellen.
Mogelijke instellingen zijn:
• 00: eenmalige automatische aansluitherkenning
• 02: aansluiting externe aanvoertemperatuursensor op IPM1 of IPM2.
Basisinstelling is 00.
Servicefunctie 7.E: gebouwdroogfunctie
Met deze servicefunctie wordt de gebouwdroogfunctie in- of uitgescha-
keld.
De gebouwdroogfunctie van de ketel niet verwisselen
met de vloerdroogfunctie (dry function) van de weersaf-
hankelijke regelaar!
Bij ingeschakelde gebouwdroogfunctie is gasinstelling
op de ketel niet mogelijk!
Mogelijke instellingen zijn:
• 00: uitgeschakeld
• 01: alleen cv-bedrijf volgens ketel- of thermostaatinstelling, dat wil
zeggen alle andere warmtevragen zijn geblokkeerd.
Basisinstelling is 00.
Servicefuncties 7.F: configuratie van de klemmen 1-2-4
Met deze servicefunctie kan de ingangsspanning van de klemmen 1-2-4
worden ingesteld.
Mogelijke instellingen zijn:
• 00: ingang uitgeschakeld
• 01: 0-24 V ingang, vermogensinstelling
• 02: 0-10 V ingang, vermogensinstelling
• 03: 0-10 V ingang, temperatuurinstelling
Basisinstelling is 01.
9.3.2
Tweede serviceniveau
Servicefunctie 8.A: software-versie
De actuele software-versie wordt getoond.
Servicefunctie 8.b: codeerstekker nummer
De laatste vier posities van de codeerstekker worden ge-
toond.
De codeerstekker bepaalt de ketelfuncties. Wanneer de
ketel van aardgas naar vloeibaar gas is omgebouwd (of
omgekeerd), dan moet de codeerstekker worden ver-
vangen.
Servicefunctie 8.C: GFA-status
Interne parameter.
Servicefunctie 8.d: GFA-storing
Interne parameter.
CERASTAR - 6 720 882 793 (2022/11)