Uitleg van de symbolen en veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies 16 Storingen ......... . 38 Instructies voor de doelgroep 16.1 Storingen oplossen .
Leveringsomvang Installatie, inbedrijfstelling en onderhoud Gegevens betreffende het apparaat Installatie, inbedrijfstelling en onderhoud mogen alleen door een erkend installateur worden uitgevoerd. ZWR-ketels zijn combiketels voor verwarming en warmwatervoorzie- ▶ Overstortventielen nooit afsluiten. ning volgens het doorstroomprincipe. ▶ Gasdichtheid of oliedichtheid contoleren na de werkzaamheden aan Bedoeld gebruik gas- of olietransporterende onderdelen.
Gegevens betreffende het apparaat Typeplaat • Temperatuursensor en temperatuurregelaar voor verwarming • Temperatuursensor in de toevoer De typeplaat [37] bevindt zich intern rechtsonder op de ketel ( afb. 3, pagina 6). • Expansievat, veiligheidsklep, manometer • Warmwater-voorrangschakeling Daar vindt u de specificaties van het ketelvermogen, toelatingsgegevens •...
Pagina 7
Gegevens betreffende het apparaat Legenda bij afb. 3: Heatronic 3 Hoofdschakelaar Controlelamp branderbedrijf Serviceknop Schoorsteenvegertoets Aanvoertemperatuurregelaar Bedrijfslamp Hier kan een weersafhankelijke regelaar of een schakelklok zijn ingebouwd (accessoires) Warmwater-temperatuurregelaar [10] Toetsblokkering [11] Eco-toets [12] Resettoets [13] Display [14] Warmwatertemperatuursensor [15] Bypass [16] 3-wegklep [17] Motor [18] Aanvoertemperatuursensor...
Gegevens betreffende het apparaat Bedradingsschema Ls Ns 9V/25 V AC 230 V AC 230V 6 720 640 384-11.2O Afb. 4 CERASTAR - 6 720 882 793 (2022/11)
Pagina 9
Gegevens betreffende het apparaat Legenda bij afb. 4: ontstekingstransformator Aanvoertemperatuurregelaar Klemmenstrook 230 V AC Zekering T 2,5 A (230 V AC) Warmwater-temperatuurregelaar Klemmenstrook voor boilerthermostaat of externe begrenzer TB1 Aansluiting circulatiepomp of Externe cv-pomp Zekering T 0,5 A (5 V DC) Zekering T 1,6 A (24 V DC) [10] Codeerstekker [11] Transformator...
Gegevens betreffende het apparaat 3.11 Productgegevens voor energieverbruik De volgende productgegevens voldoen aan de eisen van de EU-voorschriften nr. 811/2013 en nr. 812/2013 als aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU. Productgegevens Symbool Eenheid 7 736 900 321 producttype – – ZWR 24-7 KE 23 B1 cv-toestel –...
Voorschriften Voorschriften Normen, voorschriften en richtlijnen Installeren en inbedrijfstelling Let bij het installeren en in bedrijf nemen van de condensatieketel op gas Neem voor de montage en de werking van de installatie de plaatselijke normen en richtlijnen in acht! • De plaatselijke bouwvoorschriften met betrekking tot de opstellings- ruimte.
Installatie Opstellingslocatie kiezen Leidingen voorinstalleren ▶ Gaten voor de etagebouten (Ø 8 mm) en de montageplaat conform Voorschriften voor de opstellingsruimte afb. 2, pagina 5 maken. ▶ Nationale bepalingen respecteren. ▶ Monteer de montageaansluitplaat (toebehoren) met meegeleverd ▶ Installatiehandleidingen van het rookgastoebehoren respecteren bevestigingsmateriaal.
Installatie Ketel monteren Slang van veiligheidsklep (verwarming) monteren OPMERKING: Vervuiling in de installatie kan de ketel be- schadigen. ▶ Om vervuiling te verwijderen, leidingnet spoelen. ▶ Verpakking verwijderen, daarbij de instructies op de verpakking res- pecteren. ▶ Op de typeplaat de markering van het land van bestemming en de ge- schiktheid voor de door het gasbedrijf geleverde gassoort controle- ren (...
Installatie Aansluitingen controleren Deur bedieningspaneel monteren ▶ Uitlijning van de dempers controleren ( afb. 10). Wateraansluitingen ▶ Deur van onderen vastklikken. ▶ CV-aanvoerkraan en cv-retourkraan openen en de cv-installatie vul- len. ▶ Koppelingsplaatsen op dichtheid controleren (testdruk: max. 2,5 bar op manometer). ▶...
Elektrische aansluiting Toebehoren aansluiten Elektrische aansluiting Heatronic openen Algemene aanwijzingen OPMERKING: Kabelresten kunnen de Heatronic be- schadigen. GEVAAR: door elektrocutie! ▶ Kabel alleen buiten de Heatronic strippen. ▶ Voor werkzaamheden aan het elektrische deel de voedingsspanning (230 V AC) onderbreken (zeke- ring, vermogensautomaat) en beveiligen tegen onbe- ▶...
6.4.2 Externe 3-standen cv-pomp (AC 230 V, max. 100 W) aansluiten De ketel alleen met een Junkers regelaar gebruiken. De cv-regelaars FW 100 en FW 200 kunnen ook direct voor in de Heatro- nic 3 worden ingebouwd. Inbouw en elektrische aansluiting zie de betreffende installatiehandlei- ding.
In bedrijf nemen Voor de inbedrijfstelling Verwarming inschakelen De maximale aanvoertemperatuur kan op de aanvoertemperatuurrege- OPMERKING: Inbedrijfstelling zonder water zal schade laar op de cv-installatie worden ingesteld. De actuele aanvoertempera- aan de ketel veroorzaken! tuur wordt in het display getoond. ▶...
In bedrijf nemen Warmwatertemperatuur instellen Zomerbedrijf instellen ▶ Warmwatertemperatuur op warmwatertemperatuurregelaar De cv-pomp en daarmee de verwarming zijn uitgeschakeld. De warmwa- stellen. tervoorziening en de voedingsspanning voor cv-regeling en schakelklok Op het display knippert gedurende 30 seconden de ingestelde blijven behouden. warmwatertemperatuur.
Pompblokkeerbeveiliging Vorstbeveiliging instellen Pompblokkeerbeveiliging Vorstbeveiliging voor de cv-installatie: ▶ Ketel ingeschakeld laten, aanvoertemperatuurregelaar minimaal Deze functie voorkomt het vastlopen van de cv-pomp en op stand 1. de 3-wegklep na een langere bedrijfsstilstand. Na iedere pompuitschakeling volgt een tijdmeting, om met regelmatige tussenpozen de cv-pomp en de 3-wegklep kort in te schakelen.
Instellingen van de Heatronic Waarde instellen Instellingen van de Heatronic ▶ Toetsblokkering of eco-toets indrukken tot de gewenste waarde van de servicefunctie wordt getoond. Algemeen ▶ Waarde op de meegeleverde sticker “instellingen van de Heatronic De Heatronic maakt het comfortabel instellen en controleren van vele ”invullen en de sticker zichtbaar op de ketel aanbrengen.
Instellingen van de Heatronic Overzicht van de servicefuncties 9.2.2 Tweede serviceniveau vanuit het eerste serviceniveau, servicetoets brandt (eco-toets en toetsblokkering tegelij- 9.2.1 Eerste serviceniveau (Druk net zolang op de servicetoets kertijd indrukken, tot bijvoorbeeld 8.A verschijnt) tot deze gaat branden) Servicefunctie Servicefunctie Display...
Instellingen van de Heatronic Beschrijving van de servicefuncties Servicefunctie 1.C: pompidentificatieveld De pompkarakteristiek geeft aan hoe de cv-pomp wordt geregeld. De cv- 9.3.1 Eerste serviceniveau pomp schakelt daarbij zodanig dat de gekozen pompkarakteristiek wordt aangehouden. Servicefunctie 1.A: maximale cv-vermogen Het cv-vermogen kan in procenten worden begrensd op de specifieke Veranderen van het veld is dan zinvol, wanneer een geringe restopvoer- warmtebehoefte tussen het minimale nominale warmtevermogen en het hoogtevoldoende is, om de benodigde cv-waterhoeveelheid te waarbor-...
Instellingen van de Heatronic Servicefunctie 1.d: pompkarakteristiek Servicefunctie 2.C: ontluchtingsfunctie Deze servicefunctie komt overeen met de schakelaar pomptoerental en Met de ontluchtingsfunctie wordt de ketel ontlucht. Daarvoor schakelt is alleen actief, wanneer bij pompkarakteristiek (servicefunctie 1.C) 0 de cv-pomp in intervallen aan en uit (circa 4 minuten lang). werd gekozen.
Pagina 27
Instellingen van de Heatronic Servicefunctie 3.b: schakelblokkering Servicefunctie 4.C: vraagmelding warm water instellen Alleen wanneer de automatische antipendelblokkering (servicefunctie Door kort openen en sluiten van de warmwaterkraan wordt het water op- 3.A) is uitgeschakeld, is deze servicefunctie actief. gewarmd naar de ingestelde temperatuur. Na korte tijd staat warm water ter beschikking.
Instellingen van de Heatronic Servicefunctie 6.A: laatst opgeslagen storing oproepen Wanneer een aangesloten aanvoertemperatuursensor Met deze servicefunctie kunt u de laatst opgeslagen storing oproepen. weer wordt losgemaakt, dan moet u deze servicefunctie Bij 00 wordt de servicefunctie gereset. weer op 00 instellen. Mogelijke instellingen zijn: Servicefunctie 6.b: spanning klem 2 •...
Pagina 29
Instellingen van de Heatronic Servicefunctie 8.E: ketel (Heatronic 3) naar basisinstelling terug- Servicefunctie A.A: temperatuur aan aanvoertemperatuursensor zetten Met deze servicefunctie kunt u de temperatuur aan de aanvoertempera- Met deze servicefunctie kunt u de ketel naar de basisinstelling terugzet- tuursensor laten weergeven. ten.
Controle van de CO2- en O2-waarden 10.2 Inspuitdrukinstelmethode Controle van de CO - en O -waarden Inspuitdruk bij maximaal cv-vermogen ▶ Druk de schoorsteenvegertoets zolang in, tot deze brandt. Een instelling op de nominale warmtebelasting en mini- Het display toont de aanvoertemperatuur afwisselend met male warmtebelasting conform NBN B 61-002 is niet no- maximaal ingesteld verwarmingsvermogen.
Controle van de CO2- en O2-waarden 10.3 Volumetrische instelmethode Dynamische gasdruk controleren ▶ Ketel uitschakelen en de gaskraan sluiten, u-buismanometer wegne- Bij de toevoer van vloeibaar gas/luchtmengsels in inspuittijden de instel- men en afdichtschroef vastdraaien. ling controleren volgens de inspuitdrukinstelmethode. ▶...
Ombouw van een lagetemperatuurketel naar een standaardketel Ombouw van een lagetemperatuurketel naar Rookgasmeting een standaardketel 12.1 Schoorsteenvegertoets Deze gasketels hebben een hoge werkingsgraad en daardoor een lage Door indrukken van de schoorsteenvegertoets tot deze brandt, zijn temperatuur van de verbrandingsgassen. Om het vochtig worden van de de volgende ketelvermogens selecteerbaar: schoorsteen te vermijden, is het belangrijk dat deze aan de temperatuur van de verbrandingsgassen aangepast is.
Milieubescherming/recyclage 12.3 Rookgasverlieswaarde meten Milieubescherming/recyclage Voor de meting is een rookgasmeetsonde en een temperatuursensor voor de verbrandingslucht nodig. Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep. Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn voor ▶ Warmteafgifte waarborgen door geopende radiatorkranen of ge- ons gelijkwaardige doelstellingen.
Inspectie en onderhoud Belangrijke aanwijzingen Inspectie en onderhoud Een overzicht van de mogelijke storingen vindt u op Om te zorgen dat het gasverbruik en de milieubelasting over langere ter- pagina 41. mijn zo laag mogelijk blijft, adviseren wij bij een erkend installateur een onderhouds- en inspectiecontract af te sluiten met een jaarlijkse inspec- tie en behoefteafhankelijk onderhoud.
Inspectie en onderhoud 14.1 Beschrijving van de verschillende stappen 14.1.4 Branderbed, inspuiters en brander reinigen ▶ Voorwand van de verbrandingskamer wegnemen. 14.1.1 Laatst opgeslagen storing oproepen (servicefunctie 6.A) ▶ Branderbed demonteren. ▶ Servicefunctie 6.A kiezen ( pagina 28). Een overzicht van de mogelijke storingen vindt u op pagina 41.
Inspectie en onderhoud 14.1.6 Rookgasbeveiligingen controleren Wanneer binnen 5 minuten opnieuw een uitschakeling Rookgasbeveiliging aan de trekonderbreker, pagina 6. volgt, dan schakelt het apparaat pas na 20 minuten weer ▶ Ketel inschakelen en in bedrijf nemen. ▶ Ketel op maximale nominale warmtevermogen instellen, (...
Inspectie en onderhoud 14.2 Checklist voor de inspectie en het onderhoud (onderhouds- en inspectieprotocol) Datum Laatst opgeslagen storing in de Heatronic oproepen, servicefunctie 6.A ( pagina 28). Filter in koudwaterleiding controleren ( pagina 36). Lucht-/rookgasafvoer optisch controleren. Branderbed, inspuiters en brander controleren, (pagina 36).
Weergaven in het display Weergaven in het display Het display toont de volgende informatie (tab. 19 en tab. 20): Speciale aanwijzing Omschrijving Getoonde waarde Omschrijving Bereik Bevestiging na indrukken van een toets (uitgezonderd Cijfer of letter, punt ge- Servicefunctie resettoets). volgd door letter (...
Storingen Storingen 16.1 Storingen oplossen GEVAAR: Explosie! ▶ Sluit de gaskraan voordat werkzaamheden aan gas- voerende delen worden uitgevoerd. ▶ Dichtheidscontrole uitvoeren na werkzaamheden aan gasvoerende onderdelen. GEVAAR: Door vergiftiging! ▶ Dichtheidscontrole uitvoeren na werkzaamheden aan rookgasvoerende onderdelen. GEVAAR: door elektrocutie! ▶...
Storingen 16.2 Storingen, die op het display worden getoond Display Omschrijving Verhelpen CV-pomp droog gelopen. ▶ Controleer de vuldruk van de cv-installatie en eventueel bijvullen en ontluchten. A2, C3 Rookgas ontsnapt aan de verbrandingska- ▶ Warmtewisselaar controleren op verontreiniging. mer. Rookgastemperatuursensor niet herkend.
Pagina 42
Storingen Display Omschrijving Verhelpen Vlam wordt niet herkend. ▶ Randaarding controleren op goede aansluiting. ▶ Controleer of de gaskraan is geopend. ▶ Dynamische gasdruk controleren en indien nodig corrigeren. ▶ Controleer de netaansluiting. ▶ Controleer de elektroden met kabel, eventueel vervangen. ▶...
Instelwaarde voor cv-/warmwatervermogen Instelwaarde voor cv-/warmwatervermogen Gasdebiet Inspuitdruk (mbar) (l/min) Gassoort Wobbe index 15 °C, 1013 mbar (kWh/ m³) 12,2 14,9 25,6 Calorische waarde 15 °C, H (kWh/ m³) Calorische waarde 0 °C, H (kWh/ m³) 11,1 ZWR 24-7 KE 10.9 24.2 21.2...
Inbedrijfstellingsprotocol voor de ketel Inbedrijfstellingsprotocol voor de ketel Klant/gebruiker van de installatie: Naam, voornaam Straat, nr. Telefoon/fax Postcode, plaats Fabrikant installatie: Opdrachtnummer: Keteltype: (voor iedere ketel een eigen protocol invullen!) Serienummer: Datum van de inbedrijfstelling: Enkele ketel | Cascade, aantal ketels: .....
Pagina 47
De leverancier van de installatie controleert de cv-installatie. Wanneer in het kader van de inbedrijfstelling kleine montagefouten van Junkers-componenten worden geconstateerd, dan is Junkers altijd bereid, deze montagefouten na vrijgave van de opdrachtgever te verhelpen. Overname van de aansprakelijkheid voor montagewerkzaamheden is niet daaraan gekoppeld.
Index Index ................Aanpassing gassoort Handelingen voor inspectie en onderhoud ....................Afmetingen Controleer de elektroden ....................Afval Elektrische bedrading controleren .................... Antivriesmiddel Filter in koudwaterleiding ......Laatste opgeslagen storing oproepen ......... Platenwarmtewisselaar ................. Bedoeld gebruik Stel de vuldruk van de cv-installatie in ...........
Pagina 50
Index ........Oppervlaktetemperatuur Temperatuur aan de boilertemperatuursensor (servicefunctie A.C) ..........Verbrandingslucht ......Voorschriften voor de opstellingsruimte Temperatuur aan de branderaanvoertemperatuursensor ............Oude ketel (servicefunctie A.E) .............29 Temperatuur bij de rookgasbeveiliging (trekonderbreker) (servicefunctie A.d) .............29 ........... Pompblokkeerbeveiliging Temperatuur bij de rookgasbeveiliging (verbrandingskamer) Pompkarakteristiek (servicefunctie A.F) .............29 ............
Pagina 51
Notities CERASTAR - 6 720 882 793 (2022/11)
Pagina 52
Notities CERASTAR - 6 720 882 793 (2022/11)
Pagina 53
Notities CERASTAR - 6 720 882 793 (2022/11)
Pagina 54
Notities CERASTAR - 6 720 882 793 (2022/11)
Pagina 55
Notities CERASTAR - 6 720 882 793 (2022/11)