1 Veiligheid
12
Geen, voor zover ons bekend. Bij brand in de directe
omgeving de geschikte blusmiddelen gebruiken.
Specifieke risico's:
Verhoogde luchtdruk: indien lucht aanwezig is, kan bij
sommige temperatuur- en drukomstandigheden een
ontvlambaar mengsel ontstaan.
Effect van warmte: vrijkomen van toxische en corro
sieve dampen.
Bijzondere interventiemethoden:
De aan de hitte blootgestelde ruimtes met stuifwater
afkoelen.
Bescherming van brandweerpersoneel:
Autonoom isolerend ademhalingsmasker.
Complete bescherming van het lichaam.
1.5.6
Bij het accidenteel vrijkomen van koel
gassen
Persoonlijke voorzorgsmaatregelen:
Vermijd contact met de huid en de ogen.
Niets ondernemen zonder geschikte beschermings
middelen.
Dampen niet inademen.
Gevarenzone ontruimen.
Lekkage stoppen.
Alle ontstekingsbronnen verwijderen.
Betroffen zone op mechanische wijze ventileren (ver
stikkingsgevaar).
Reinigen / Ontsmetten:
De resten van het product laten verdampen.
1.5.7
Hantering
Technische maatregelen:
Ventilatie.
Te nemen voorzorgsmaatregelen:
rookverbod.
Ophoping van elektrostatische lading vermijden.
In een goed geventileerde ruimte werken.
1.5.8
Persoonlijke bescherming
Ademhalingsbescherming:
Indien ventilatie onvoldoende is: Patronenmasker van
type AX.
7679532 - v02 - 10042017