Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Functies Voor Ongevaldetectie En Hulp Vragen; Ongevaldetectie; Hulp; Contactpersonen Toevoegen - Garmin EDGE 130 PLUS Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Functies voor ongevaldetectie en hulp
vragen

Ongevaldetectie

Ongevaldetectie is een aanvullende functie die in eerste
instantie is bedoeld voor gebruik op de weg. Ongevaldetectie
dient niet te worden beschouwd als primaire methode voor het
verkrijgen van hulp bij ongelukken. De Garmin Connect app
neemt geen contact op met hulpdiensten namens u.
Als door uw Edge toestel met GPS een ongeval wordt
gedetecteerd, kan de Garmin Connect app automatisch een
sms- en e-mailbericht met uw naam en GPS-locaties verzenden
naar uw contacten voor noodgevallen.
Op uw toestel en gekoppelde smartphone wordt een bericht
weergegeven met de mededeling dat uw contacten na 30
seconden zullen worden gewaarschuwd. Als u geen hulp nodig
hebt, kunt u de automatische noodoproep annuleren.
Voordat u ongevaldetectie op uw toestel kunt inschakelen, moet
u in de Garmin Connect app de gegevens invoeren van de in
geval van nood te waarschuwen personen. Uw gekoppelde
smartphone moet zijn voorzien van een data-abonnement en
zich bevinden in het dekkingsgebied van de netwerkprovider
voor datacommunicatie. Uw contacten voor noodgevallen
moeten sms-berichten kunnen ontvangen (standaard sms-
tarieven kunnen van toepassing zijn).

Hulp

Hulp is een aanvullende functie en dient niet te worden
beschouwd als primaire methode voor het verkrijgen van hulp bij
ongelukken. De Garmin Connect app neemt geen contact op
met hulpdiensten namens u.
Als uw Edge toestel met GPS is verbonden met de Garmin
Connect app, kunt u een automatisch sms-bericht met uw naam
en GPS-locatie laten sturen naar uw contactpersonen voor
noodgevallen.
Voordat u de hulpfunctie op uw toestel kunt inschakelen, moet u
in de Garmin Connect app de gegevens invoeren van de in
geval van nood te waarschuwen personen. Uw via Bluetooth
gekoppelde smartphone moet zijn voorzien van een data-
abonnement en zich bevinden in het dekkingsgebied van de
netwerkprovider voor datacommunicatie. Uw contacten voor
noodgevallen moeten sms-berichten kunnen ontvangen
(standaard sms-tarieven kunnen van toepassing zijn).
Op uw toestel wordt een bericht weergegeven met de
mededeling dat uw contactpersonen na een afteltijd zullen
worden gewaarschuwd. Als u geen hulp nodig hebt, kunt u het
bericht annuleren.

Contactpersonen toevoegen

U kunt maximaal 50 contactpersonen toevoegen aan de Garmin
Connect app. E-mailadressen van contactpersonen kunnen
worden gebruikt bij de LiveTrack functie. Drie van deze
contactpersonen kunnen worden gebruikt als contacten voor
noodgevallen
(Contacten voor noodgevallen toevoegen,
pagina
8).
1
Selecteer op de Garmin Connect app
2
Selecteer Contacten.
3
Volg de instructies op het scherm.
Nadat u contactpersonen hebt toegevoegd, moet u uw
gegevens synchroniseren om de wijzigingen toe te passen op
uw Edge 130 Plus toestel.
8
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
of
.
Contacten voor noodgevallen toevoegen
Telefoonnummers van contactpersonen voor noodgevallen
worden gebruikt voor het detecteren van incidenten en voor
assistentie.
1
Selecteer op de Garmin Connect app
2
Selecteer Veiligheid en tracking > Ongevaldetectie &
assistentie > Voeg contact voor noodgevallen toe.
3
Volg de instructies op het scherm.
Uw contacten voor noodgevallen weergeven
Voordat u uw contacten voor noodgevallen op uw toestel kunt
weergeven, moet u uw fietsergegevens en de gegevens van in
noodgevallen te waarschuwen contacten opgeven in de Garmin
Connect app.
Selecteer
> Veiligheid en tracking > Contacten voor
noodgevallen.
De namen en telefoonnummers van uw in noodgevallen te
waarschuwen contacten worden weergegeven.

Hulp vragen

Voordat u hulp kunt vragen, moet u GPS inschakelen op uw
Edge toestel.
1
Houd
vijf seconden lang ingedrukt om de hulpfunctie te
activeren.
U hoort een pieptoon en het toestel verzendt het bericht
nadat de wachttijd van vijf seconden is verstreken.
TIP: U kunt
selecteren voordat de wachttijd is verstreken
om het bericht te annuleren.
2
Selecteer indien nodig
verzenden.

Ongevaldetectie in- en uitschakelen

Selecteer
> Veiligheid en tracking > Ongevaldetectie.

Een automatisch bericht annuleren

Als een ongeval door uw toestel wordt gedetecteerd, kunt u het
automatische waarschuwingsbericht op uw toestel of uw
gekoppelde smartphone annuleren om te voorkomen dat het
naar uw contacten voor noodgevallen wordt verzonden.
Selecteer Annuleer > Ja voordat de wachttijd van dertig
seconden is verstreken.

Een statusupdate verzenden na een ongeval

Voordat u een statusupdate naar uw contacten voor
noodgevallen kunt verzenden, moet uw toestel een ongeval
detecteren en een automatisch waarschuwingsbericht
verzenden naar uw contacten voor noodgevallen.
U kunt een statusupdate verzenden naar uw contacten voor
noodgevallen om ze te informeren dat u geen hulp nodig hebt.
Selecteer op de statuspagina Ongeval gedetecteerd >
Beëindigen en "Ik ben in orde" verzenden.
Een bericht wordt verzonden naar al uw contacten voor
noodgevallen.

LiveTrack inschakelen

Voordat u uw eerste LiveTrack sessie kunt starten, moet u
contactpersonen instellen in de Garmin Connect app
(Contactpersonen toevoegen, pagina
1
Houd
ingedrukt.
2
Selecteer Veiligheid en tracking > LiveTrack.
3
Selecteer een optie:
• Selecteer Auto starten om een LiveTrack sessie te
starten telkens wanneer u dit type activiteit start.
• Selecteer Koers delen om uw ontvangers in staat te
stellen uw koers te bekijken.
• Selecteer Start LiveTrack om een LiveTrack sessie te
starten.
of
.
om het bericht meteen te
8).
Bluetooth connected functies

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave